38
Onderhoud
Binnenkant van de machine
Maak de deurafdichting, de afwasmiddelhouder en de
glansmiddelhouder regelmatig schoon met een
vochtige doek.
Laat de machine elke drie maanden een
65°C-programma afwerken, zonder servies, met
afwasmiddel.
Reiniging van de afvoerzeven
(Na iedere afwasbeurt)
De zeven (B) en (C) controleren en onder de
stromende kraan reinigen. Eventuele voedselresten
met een borsteltje verwijderen.
Dit zeven-setje tilt u daartoe aan het trechtertje
omhoog (het zit licht vastgeklikt).
Dan drukt u de twee vleugeltjes (D) naar elkaar toe
om zo het grove filter uit het fijne filter te trekken.
Na het reinigen klikt u het setje weer in de
machinebodem terug.
Reiniging van de bodemzeef
(Elke maand)
Maak, indien noodzakelijk, de grote zeef (B) aan beide
kanten onder stromend water met een borsteltje
schoon.
De bodemzeef (A) onder stromend water afborstelen.
Deze zeef verwijdert u door eerst de onderste
sproeiarm te verwijderen; daartoe de vleugeltjes (E)
indrukken.
Dan draait u de bevestiging (F) linksom en tilt u de
zeef uit de bodem.
Na het reinigen in omgekeerde volgorde weer
terugplaatsen.
Gebruik de machine nooit zonder de zeven.
Zorg er bovendien voor dat de zeven correct
op hun plaats zitten.
Het is belangrijk de zeven te reinigen om een
goede werking van de machine te
garanderen.
MAN08nl