62
Praktische tips
n
Maximaal vulgewicht benutten!
U droogt het zuinigst, als u zich aan de vulge-
wichten houdt, die in de programmatabel ver-
meld staan.
Een volgepropte trommel leidt tot onregelmati-
ge droging en te lange droogtijd, waardoor
ook het energieverbruik onnodig toeneemt.
Kleine hoeveelheden drogen is altijd minder
economisch.
Onderstaande aanwijzingen kunnen u daarbij
helpen:
badjas 1200 g
beddelaken 500 g
blouse 100 g
dekbedovertrek 700 g
handdoek 200 g
herenoverhemd 200 g
kussensloop 200 g
nachthemd/pyjama 200-500 g
ondergoed 250 g
tafellaken 200-300 g
theedoek 100 g
werkjas 300-600 g
Belangrijk:
n
Bijzonder tere weefsels, bijv. gordijnen van
synthetische vezels, wol, zijde, textiel met
metalen versieringen, nylons, grote stukken
wasgoed zoals anoraks, doorgestikte dekens,
slaapzakken en dekbedden mogen niet in de
machine gedroogd worden.
Ook artikelen die sponsachtig rubber bevatten
mogen niet in de droger. Hieronder wordt
geen elastisch gemaakte kleding verstaan,
maar wel bijvoorbeeld, de rubberachtige rug
van een kleedje.
Wol en gedeeltelijk wollen artikelen kunnen
krimpen en/of vervilten. Wij adviseren u met
klem deze artikelen niet in de trommeldroger
te drogen.
n
Controleer zorgvuldig of het wasgoed geschikt
i
is om machinaal gedroogd te worden.
Aanwijzingen daarvoor vindt u op het textiel-
behandelingsetiket.
De volgende symbolen zijn van belang voor
het drogen:
normaal drogen (normale temperatuur)
voorzichtig drogen (lage temperatuur)
mag niet machinaal gedroogd worden
n
Overtuig u ervan dat borst- of broekzakken
leeg zijn. Keer kleding met borst- en broek-
zakken met dikke zomen binnenstebuiten, op
deze manier voorkomt u zoveel mogelijk onre-
gelmatige droging.
n
Dekbedovertrekken en kussenslopen dicht-
maken, anders verzamelen zich hierin kleine-
re wasstukken. Ritssluitingen en haak-oogslui-
tingen dichtdoen, losse banden en ceintuurs
samenknopen.
n
Het wasgoed voor het drogen goed centrifu-
geren.
Hoe hoger het centrifugeertoerental
van uw wasautomaat, hoe korter u de tijds-
duur kunt kiezen. Indien uw wasautomaat met
minder dan 800 t/min centrifugeert, adviseren
wij u een losse centrifuge van 2800 t/min te
gebruiken alvorens u het wasgoed in de dro-
ger doet
.
n
Sorteer uw wasgoed volgens textielsoort en
droogtegraad.
n
Voorkom overdroging door het zorgvuldig kie-
zen van de droogtijd, zo verkrijgt u de
gewenste droogtegraad. Te droog wasgoed
laat zich minder goed strijken.
n
Om het statisch worden (knetteren en kleven)
van synthetisch wasgoed te voorkomen, advi-
seren wij u in de wasautomaat een wasver-
zachter te gebruiken.
n
Tricot kan iets krimpen. Deze textielsoort niet
overdrogen. Bij de aanschaf rekening houden
met het feit dat deze textiel, al naar gelang de
kwaliteit, krimpt.
n
Het kan voorkomen dat u, na het drogen, toch
nog vochtige plekken in het wasgoed vindt.
Dat is met name het geval bij dikke kragen,
manchetten en zomen. U kunt deze kledings-
tukken nadrogen, hierbij de machine op min-
stens 20 minuten instellen.