30
ONDERHOUD
Neem v——r iedere handeling altijd eerst de
steker uit de wandkontaktdoos.
Belangrijk
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in het
koelcircuit; onderhoud en bijvulling dient daarom
uitsluitend door door de fabrikant bevoegd
personeel uitgevoerd te worden.
Periodieke reiniging
Maak, afhankelijk van de omgeving, ŽŽn tot twee
keer per jaar de kondensor en de motor (beide aan
de achterkant van de kast) stofvrij met een borstel of
stofzuiger met borstel. Stof belemmert de warmte-
afgifte en verhoogt zodoende het energieverbruik.
Naar behoefte kunt u de buitenkant van de kast
lappen met lauwwarm water en een neutraal
huishoudschoonmaakmiddel, daarna afnemen met
schoon water. Het verdient aanbeveling de
buitenkant af en toe in de witte (auto-) was te zetten.
Geprolongeerde stilstand
Wij adviseren u v——r de periode dat de koelkast niet
gebruikt wordt de volgende handelingen uit te
voeren:
¥ neem de steker uit de wandcontactdoos;
¥ verwijder alle spijzen en dranken uit de kast;
¥ laat de kast geheel ontdooien en maak de
binnenwanden, rekken, korven en dergelijke
goed schoon;
¥ laat de deuren open staan, teneinde het ontstaan
van onaangename geur te voorkomen.
Vervangen van de lamp
Het lampje van de koelkast is op de volgende wijze
bereikbaar:
¥ Schroef het afschermkapje los;
¥ verwijder het losse deel door er lichte druk op uit
te oefenen (zie figuur).
Indien met open deur het lampje niet
brandt, kijk dan eerst of het soms los in de
fitting zit. Als het lampje dan nog niet
brandt, vervang het dan door een lampje
met hetzelfde vermogen.
Het maximale vermogen is op het
afschermkapje aangegeven.
31
STORING
Indien het apparaat niet of niet goed funkioneert,
kontroleer dan:
¥ of de steker goed in het stopcontact zit;
¥ of de elektriciteit soms uitgevallen is;
¥ of de thermostaatknop op de juiste stand staat;
¥ en indien er water op de bodem van de koeler
ligt, of het afvoerkanaaltje soms verstopt is (zie
hoofdstuk ÒHet ontdooienÓ).
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en
verhelpen,raadpleeg dan de dichtsbijzijnde
servicedienst.
Geef daarbij altijd het model en het typenummer
van de kast op. Deze gegevens vindt u op het
garantiebewijs of op het typeplaatje dat zich
linksonder aan de binnenzijde van het apparaat
bevindt.
Het ontdooien
Het ontdooien van de koelkast heeft automatisch
plaats elke keer dat de compressor stopt. Het
dooiwater wordt via een afvoerkanaaltje
opgevangen in een bakje dat zich aan de achterkant
van het apparaat boven de compressor bevindt. Hier
verdampt het water.
Wij raden u aan het gaatje in het afvoerkanaal
regelmatig schoon te maken, teneinde te
voorkomen dat het dooiwater de levensmiddelen
nat maakt. Gebruik voor het doorprikken het
staafje dat zich in het gaatje bevindt.
In het vriesvak dient u echter de rijp te verwijderen,
wanneer deze een laag van circa 4 mm vormt.
Gebruik hiervoor de meegeleverde plastic spatel.
Voor het uitvoeren van deze handeling hoeft u het
apparaat niet uit te schakelen of het vriesvak leeg te
maken. Wanneer zich een dikke laag ijs gevormd
heeft, dient u het gehele apparaat te ontdooien.
Ga als volgt te werk:
1. draai de thermostaatknop op ÇOÈ of trek de
steker uit het stopcontact; omwikkel de
levensmiddelen met meerdere kranten en
bewaar ze op een koele plaats;
2. omwikkel de levensmiddelen met meerdere
kranten en bewaar ze op een koele plaats;
3. laat beide deuren openstaan en schuif de
schraper, als een verlenggotje, in de daarvoor
bestemde opening. Plaats onder het gootje een
schaaltje om het water op te vangen.
4. droog na het ontdooien het vriesvak zorgvuldig
en sluit het gaatje weer af met de dop; bewaar de
schraper zodat u hem opnieuw kunt gebruiken;
5. draai de thermostaatknop in de gewenste stand
of steek de steker weer in het stopcontact.
6. Na twee of drie uur kunt u de diepvriesproducten
weer terugplaatsen.