De correcte instelling van uw derailleur vindt plaats in drie stappen, die onderstaand verklaard
worden.
Aanslagen instellen
De aanslagen hebben de taak dat de ketting niet van het kettingtandwiel loopt en dat de ketting van
het kleinste tot het grootste rondsel perfect loopt.
Deze aanslagen worden als volgt ingesteld:
- Zet de derailleur op het kleinste rondsel.
- Trap nu de crank staande door, zodat de ketting zich beweegt. Vraag hiervoor een vriend of
familielid om de fiets achter aan de bagagedrager een beetje op te tillen, zodat het
achterwiel vrij kan draaien.
- Stel alleen de aanslag voor het kleinste rondsel zo in dat de ketting niet van het kleinste
rondsel loopt en de ketting rustig loopt. Hiervoor draait u de begrenzingsschroef, die met
een „H“ gekenmerkt is. Draait u de schroef met de klok mee, beweegt de derailleur zich in de
richting van het achterwiel. Draait u de schroef tegen de klok in, verwijdert de derailleur zich
van het achterwiel af.
- Als de aanslag voor het kleinste rondsel ingesteld is, schakelt u de derailleur in het grootste
rondsel.
- Stel de aanslag zo in dat de ketting niet over het grootste rondsel loopt en de ketting bij het
trappen rustig en zonder ratelen loopt.
- Voor het instellen van de aanslag draait u de met „L“ gekenmerkte instelschroef met de klok
mee om de derailleur van de banden weg te bewegen en tegen de klok in om de derailleur in
de richting van de banden te verstellen.
- Als de aanslagen ingesteld zijn, schakelt u de derailleur weer op het kleinste rondsel
- Schakel nu na elkaar alle versnellingen in een hogere.
- Mocht de ketting bij een of zelfs meerdere overgangen problemen bij het stijgen hebben, is
de spanning van de versnellingskabel te laag.
- Schakel de derailleur weer op het kleinste rondsel
- Draai de instelmoer voor de fijnafstelling tegen de klok in (gezien van achteren op de
derailleur, dus gezien in rijrichting) om de spanning van de versnellingskabel te verhogen.
Daarbij moet de instelmoer twee klikken draaien.
- Probeer opnieuw elke versnelling afzonderlijk hoger te schakelen. Mocht de ketting nog
steeds problemen bij het stijgen hebben, herhaalt u de stap met de instelmoer om de
spanning van de versnellingskabel nog een beetje te verhogen.
- Heeft de ketting verder geen problemen met het stijgen, maar bij het vallen van een rondsel
op het volgende kleinere, moet u de spanning van de versnellingskabel een beetje verlagen.
Ga daarbij overeenkomstig net zo te werk als bij het verhogen van de spanning van de
versnellingskabel. Om de spanning een beetje te verlagen moet u de instelmoer met de klok
mee draaien
Het instellen va de derailleur kan een beetje tijd en geduld vergen. Neem daarvoor dus een beetje de
tijd.