20
• Lavez le joint de porte en caoutchouc sans omettre de nettoyer également
sous le joint.
Compartiment congélateur
A l’occasion d’un dégivrage, lavez le compartiment et le joint de porte à l’ai-
de d’une éponge et d’un détergent doux. Rincez et séchez soigneusement.
Nettoyage extérieur
Lavez l’ensemble de la carrosserie à l’eau tiède savonneuse. Rincez et séchez
soigneusement.
De temps en temps, dépoussiérez le condenseur (grille située à l’arrière de
l’appareil) à l’aide d’un aspirateur ou d’une brosse.
Remplacement de l’ampoule d’éclairage
L’ampoule est accessible à travers l’ouverture prévue à cet effet dans le dif-
fuseur.
Pour remplacer l’ampoule
• Débranchez l’appareil.
• Dévissez la vis de fixation du diffu-
seur.
• Décrochez la partie mobile en
exerçant une pression sur celle-ci.
• Remplacez l’ampoule par un
modèle semblable (max. 15W).
• Replacez le cache et la vis de fixa-
tion.
• Rebranchez l’appareil.
En cas d’absence prolongée ou de non-utilisation
Débranchez, videz, dégivrez et nettoyez l’appareil.
Maintenez la porte entrouverte pendant toute la durée de non-utilisation.
Si toutefois, vous n’avez pas la possibilité de débrancher et vider l’appareil,
faites vérifier régulièrement le bon fonctionnement de celui-ci et ceci en
tenant compte de sa charge et de son autonomie de fonctionnement.
En cas d’anomalie de fonctionnement
La fabrication de cet appareil a fait l’objet de nombreuses vérifications.
Cependant, si vous constatez une anomalie de fonctionnement consultez le
tableau ci-dessous avant d’appeler le service après vente.
Klimaatklasse voor een omgevingstemperatuur van
SN +10 tot +32 °C
N +16 tot +32 °C
ST +18 tot +38 °C
T +18 tot +43 °C
– alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur over-
eenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is ontworpen.
De klimaatklassees staan op het typeplaatje dat zich links aan de binnenkant
van het apparaat bevindt.
De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke kli-
maatklasse behoort:
Als het onvermijdelijk is het apparaat naast een warmtebron te plaat-sen,
aan weerszijden minimaal de volgende afstanden aanhouden:
– tot elektrische fornuizen 3 cm;
– tot olie- en kolenfornuizen 30 cm.
Als men zich niet aan deze afstanden kan houden, is een warmte-isoleren-
deplaat tussen fornuis en koelapparaat aan te bevelen.
Als het koelapparaat naast een ander
koel- of diepvriesapparaat staat, is
een afstand van 5 cm aan weerszij-
den aan te bevelen, zodat zich geen
condens vormt aan de buitenkant
van de apparaten.
Uw apparaat heeft lucht nodig
Om veiligheidsredenen moet de ven-
tilatie zodanig zijn als aangegeven de
afbeelding.
Attentie: zorg ervoor dat de ventila-
tie openingen tijdens gebruik niet
worden afgedekt.
Muur-afstandhouders
In het documentenzakje bevinden
zich twee afstandhouders die in de
bovenste hoeken aan de achterzijde
geplaatst dienen te worden.
Draai de schroeven los steek de
afstandhouder onder de schroefkop
en draai de schroeven weer vast.