RDS-ontvangstmodus instellen en
RDS-zenders ontvangen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik
maakt van de 57kHz-onderdraaggolf van normale FM-uitzendingen.
RDS maakt het mogelijk allerhande informatie, waaronder
verkeersinformatie en zendernamen te ontvangen en automatisch
opnieuw af te stemmen op een sterkere zender die hetzelfde
programma uitzendt.
Druk op de FUNC-toets, zodat de indicator
“FUNC” oplicht.
Druk op de
1 AF-toets om de RDS-modus in
werking te stellen.
Druk op of om op de gewenste RDS-
zender af te stemmen.
Druk opnieuw op de
1 AF-toets om de RDS-modus
uit te schakelen.
Druk op de
FUNC.-toets om de normale modus in
werking te stellen.
De indicator “FUNC” dooft.
• Wanneer “PTY31 (nooduitzending) instellen” (raadpleeg pagina
9) op aan is ingesteld, als het toestel het PTY31-signaal
(nooduitzending) ontvangt, zal het toestel automatisch “ALARM”
op het display weergeven.
De digitale RDS-gegevens omvatten de volgende
informatie:
PI Programma-identificatie
PS Programmadienstnaam
AF Lijst met alternatieve frequenties
TP Verkeersprogramma
TA Verkeersmelding
PTY Programmatype
EON Verbeterde andere netwerken
5
4
3
2
1
8
-
NL
• In totaal kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het
voorkeuzegeheugen (6 zenders per frequentieband: FM1, FM2,
FM3, MW en LW).
• Als in een voorkeuzegeheugen reeds een zender werd opgeslagen,
zal deze gewist worden en door de nieuwe zender worden
vervangen.
• Als de indicator “FUNC” aan is, schakelt u de indicator uit door
op de FUNC-toets te drukken, waarna u de bewerking kunt
uitvoeren.
Auto memory van voorkeuzezenders
Druk herhaaldelijk op de BAND-toets tot de
gewenste radiofrequentieband wordt
weergegeven.
Houd de TUNE/A.ME-toets minstens 2 seconden
ingedrukt.
De frequentie op het display blijft veranderen tijdens de
automatische opslag in het geheugen. De tuner zoekt
automatisch naar 6 sterke zenders in de gekozen
frequentieband en slaat deze op. De zenders worden
opgeslagen onder de toetsen 1 tot 6 (volgens
signaalsterkte).
Als de automatische opslag in het geheugen is voltooid,
gaat de tuner naar de zender die onder voorkeuzelocatie
1 werd opgeslagen.
• Als geen zenders werden opgeslagen, zal de tuner terugkeren naar
de oorspronkelijke zender waarnaar u luisterde voor de aanvang
van de automatische geheugenprocedure.
Afstemmen op voorkeuzezenders
Druk herhaaldelijk op de BAND-toets tot de
gewenste frequentieband wordt weergegeven.
Druk op een van de voorkeuzetoetsen (1 tot 6)
waaronder de gewenste zender werd opgeslagen.
Het display geeft de frequentieband, het
voorkeuzenummer en de frequentie van de gekozen
zender weer.
• Als de indicator “FUNC” aan is, schakelt u de indicator uit door
op de FUNC-toets te drukken, waarna u de bewerking kunt
uitvoeren.
Frequentiezoekfunctie
U kunt een radiozender zoeken op basis van zijn frequentie.
Druk minstens 2 seconden op de toets in de
radiomodus om de frequentiezoekmodus in
werking te stellen.
Draai aan de
encoder-draaiknop om de
gewenste frequentie te kiezen.
Druk op MODE om de gekozen frequentie te
ontvangen.
• Houd minstens 2 seconden ingedrukt in de zoekmodus om deze
te annuleren. De zoekmodus wordt ook geannuleerd als er binnen
10 seconden geen bewerking wordt uitgevoerd.
3
2
1
2
1
2
1
RDS
FUNC.