GEBRUIKSAANWIJZING
VOORZROGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
Installatie
• Het apparaat moet door twee of meer personen worden
verplaatst en geïnstalleerd.
• Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat om
te voorkomen dat de vloer beschadigd raakt (bijv. parket).
• Zorg ervoor dat het apparaat tijdens de installatie de
voedingskabel niet beschadigt.
• Installeer het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron.
• Laat een vrije ruimte aan de zijkanten en boven het
apparaat om een goede ventilatie te garanderen en volg
de installatie-instructies.
• Houd de ventilatie-openingen van het apparaat vrij van
obstakels.
• Beschadig de leidingen van het koelcircuit van het
apparaat niet.
• Installeer het apparaat waterpas op een vloer die het
gewicht kan dragen en in een ruimte die geschikt is voor
de afmetingen en het gebruik van het product.
• Plaats het apparaat in een droge en goed geventileerde
ruimte. Het apparaat is afgesteld om te werken in ruimten
waarin de temperatuur binnen de volgende waarden ligt,
afhankelijk van de klimaatklasse die op het typeplaatje
staat aangegeven. Het is mogelijk dat het apparaat niet
goed functioneert als het voor een lange tijd in een ruimte
wordt gelaten met een hogere of lagere temperatuur dan
het genoemde bereik.
• Het is raadzaam het apparaat aangesloten te laten, ook als
het voor korte tijd leeg is.
• Gebruik geen andere mechanische systemen of middelen
die het ontdooiproces versnellen dan door de fabrikant
zijn aanbevolen.
• Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning.
• Gebruik geen enkele of meervoudige adapters of
verlengsnoeren.
• Gebruik voor de aansluiting op de waterleiding de bij het
nieuwe apparaat geleverde slang en niet die van het vorige
apparaat.
• De voedingskabel mag alleen door gekwalificeerd
personeel of door de Klantenservice worden gewijzigd of
vervangen.
• Het apparaat moet van het elektriciteitsnet kunnen
worden afgekoppeld door de stekker uit het stopcontact
te trekken of via de tweepolige schakelaar die voor het
stopcontact is geplaatst.
Veiligheid
• Plaats geen spuitbussen of houders die drijfgas of
brandbare stoffen bevatten in het apparaat.
• Bewaar of gebruik geen benzine of andere gassen en licht
ontvlambare stoffen in de buurt van het apparaat of van
andere elektrische huishoudelijke apparatuur. De dampen
die hieruit voortkomen kunnen brand of explosies
veroorzaken.
• Gebruik geen andere mechanische, elektrische of
chemische systemen die het ontdooiproces versnellen dan
door de fabrikant zijn aanbevolen.
• Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in de vakken
van het apparaat, als hiervoor geen uitdrukkelijke
toestemming door de fabrikant is gegeven.
• Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door
personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte
fysieke, sensorische of verstandelijke vermogens, of
zonder ervaring of kennis van het apparaat, behalve als zij
CONSERVERING VAN LEVENSMIDDELEN
Raadpleeg de tabel op het apparaat (indien aanwezig)
Indeling van de ingevroren
levensmiddelen
Zet de ingevroren
levensmiddelen in de vriezer en
deel ze in; het is raadzaam om
de invriesdatum op de
verpakking aan te geven, om te
zorgen dat het product tijdig
geconsumeerd zal worden.
Tips voor het bewaren van diepvriesproducten
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de
volgende punten letten:
• De verpakking moet intact zijn, omdat voedsel in
beschadigde verpakkingen bedorven kan zijn. Als een pakje
bol staat of als er vochtplekken op zitten, is het product niet
onder optimale omstandigheden bewaard en kan het al
gedeeltelijk zijn ontdooid.
• Diepvriesproducten moeten als laatste worden gekocht en in
isolerende tassen worden vervoerd.
• Zet de diepvriesproducten bij thuiskomst meteen in de
vriezer.
• Variaties in temperatuur moeten vermeden worden of tot
een minimum worden beperkt. De uiterste
houdbaarheidsdatum op de verpakking moet worden
gerespecteerd.
• De aanwijzingen op de verpakking voor het conserveren van
diepvriesproducten dienen altijd te worden opgevolgd.
Opmerking:
Ontdooide of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen moeten
onmiddellijk worden geconsumeerd. Vries ze niet opnieuw in,
tenzij het ontdooide levensmiddel gebruikt wordt voor de
bereiding van een gerecht dat gekookt wordt. Nadat het
ontdooide levensmiddel gekookt is, mag het opnieuw worden
ingevroren. Als de stroom gedurende langere tijd uitvalt:
• Open de deur van de vriezer niet, behalve om de
vrieselementen (indien beschikbaar) boven op het ingevroren
voedsel aan de rechter- en linkerkant van de vriezer te
plaatsen. Op deze manier kunt u de snelheid waarmee de
temperatuur stijgt beperken.
Klimaatklasse Omg. temp. (°C) Omg. temp. (°F)
SN Van 10 tot 32 Van 50 tot 90
N Van 16 tot 32 Van 61 tot 90
ST Van 16 tot 38 Van 61 tot 100
T Van 16 tot 43 Van 61 tot 110
MAANDEN VOEDSEL