9
Inhoud
V eiligheidsvoorschriften .................................................... 4
V oorwoord ......................................................................... 5
Inhoud ............................................................................... 9
1. Machine-overzicht en ingebruikneming
1.1. Details van de machine
▪ V ooraanzicht ............................................................. 10
▪ Naaibereik ................................................................ 10
▪ Achter het grijperdeksel ............................................ 1 1
▪ Onder het stofdeksel ................................................. 1 1
▪ T oebehoren ............................................................... 1 1
1.2. Machine gereedmaken
▪ V oetweerstand .......................................................... 12
▪ V eiligheidsschakelaar ............................................... 12
▪ Afvalbakje ................................................................. 12
▪ Draadgeleiding ......................................................... 13
▪ Kloshouder voor kettingsteekdraad .......................... 13
▪ Garenklossen opzetten ............................................. 14
▪ Grote klossen ........................................................... 14
▪ Huishoudklossen ...................................................... 14
▪ Klossennetjes ........................................................... 14
2. Bediening
2.1. Bediening
▪ Hoofd- en lichtschakelaar ......................................... 15
▪ Uitzwenkbare naaivoet ............................................. 15
▪ Bovenmes omhoog-/omlaagzetten ........................... 16
▪ 2-traps naaivoethevel met voorvoetlift ...................... 16
▪ Naaivoet verwisselen ................................................ 17
▪ Grijperdeksel ............................................................ 18
▪ Stofdeksel ................................................................. 18
▪ Handwiel ................................................................... 19
▪ Naalden inzetten ....................................................... 20
2.2. Naald en garen
▪ Naalden .................................................................... 21
▪ Naaldtoestand .......................................................... 21
▪ Garen-naald-verhouding ........................................... 21
▪ Garenkeuze .............................................................. 22
▪ Garen-naald-keuzetabel ........................................... 23
2.3. Instellen en bedienen
▪ Steeklengte ............................................................... 24
▪ Mespositie ................................................................ 24
▪ mtc draadcontrole ..................................................... 25
▪ Differentieeltransport instellen .................................. 26
▪ Differentieeltransport aanpassen .............................. 27
▪ Naaivoetdruk ............................................................ 27
▪ LCD-indicator ....................................................... 34,35
2.4. Inrijgen - algemene informatie
▪ V oorbereiding voor het inrijgen ................................. 36
▪ Inrijgen van de eerste draadgeleiding ...................... 36
▪ Opnieuw inrijgen / garenklos verwisselen ................ 36
▪ Naaldinrijger ............................................................. 37
2.5. Steekoverzicht ................................................. 44,45
3. Overlocknaden
3.1. Inrijgen 4/3-draads overlock (steek nr .1-8)
▪ Bovengrijperdraad, blauwe markeringen .................. 46
▪ Ondergrijperdraad, rode markeringen ...................... 47
▪ Rechternaald, groene markeringen .......................... 48
▪ Linkernaald, gele markeringen ................................. 49
3.2. Inrijgen 2-draads overlock (steek nr .9-15)
▪ Bovengrijperafdekking .............................................. 50
3.3. Rolzomen (steek nr . 7, 8, 13) ............................... 51
3.4. Proeß apje - Overlock ........................................... 52
3.5. Fijnafstelling draadspanningen -
Overlocksteken .................................................... 52
3.6. Praktisch naaien - Overlock
▪ Draadketting bij naadbegin vastnaaien .................... 53
▪ Draadketting bij naadeinde vastnaaien .................... 54
▪ Draadketting afhechten ............................................ 54
▪ Rimpelen .................................................................. 55
▪ Band aannaaien ....................................................... 55
▪ Draadbreuk tijdens het naaien .................................. 56
▪ Steken lostornen ....................................................... 56
▪ Blindzoomvoet .......................................................... 57
▪ Elastiekvoet .............................................................. 58
4. Kettingsteek en overlocknaden
4.1. Kettingsteek en overlocksteek inrijgen
(steek nr . 16-20)
▪ Overzicht ketting- en overlocksteken ................... 59,60
▪ Kettingsteekgrijper , paarse markeringen .................. 61
▪ Kettingsteeknaald, gele markeringen ....................... 62
4.2. Proeß apje - kettingsteek en overlocksteek ....... 63
4.3. Fijnafstellen draadspanningen - Ketting- &
overlocksteken
▪ Proe ß apje controleren .............................................. 64
▪ Draadspanning ......................................................... 64
▪ Draadspanning aanpassen ....................................... 65
5. Covernaden
5.1. Coversteek-functies ............................................. 66
5.2. V oorbereiding voor coversteken
▪ Regelhendel voor bovengrijper ................................. 67
▪ Naaivoetinstellingen ................................................. 67
▪ Bovenmesarm .......................................................... 68
▪ Mesafdekking / cover-/kettingsteekafdekking
verwisselen ............................................................... 68
5.3. 4-draads coversteek inrijgen (steek nr . 21)
▪ Covergrijper , paarse markering ................................ 69
▪ Rechter covernaald, blauwe markering .................... 70
▪ Middelste covernaald, groene markering ................. 71
▪ Linker covernaald, gele markering ........................... 72
5.4. 3-draads coversteek inrijgen (steek nr . 22-24)
▪ 3-draads coversteek, breed ...................................... 73
▪ 3-draads coversteek, smal ....................................... 74
5.5. Proeß apje - coversteek ........................................ 75
5.6. Fijnafstelling draadspanningen - Coversteek ... 76
5.7. Praktisch naaien - Coversteek
▪ Naadeinde afhechten ............................................... 77
▪ Steken lostornen ....................................................... 77
▪ Steekplaat met geleidingslijnen ................................ 77
▪ Eenvoudige zoom ..................................................... 78
▪ Platte verbindingsnaad ............................................. 78
▪ Zoom met ingenaaid elastiek .................................... 79
▪ Boorden .................................................................... 79
▪ Naad/boord/beleg doorstikken .................................. 80
▪ Rimpelen met de kettingsteek .................................. 81
▪ Eenvoudige afwerking met kettingsteek ................... 81
6. Onderhoud
6.1. Bovenmes vervangen .......................................... 82
6.2. Gloeilampje verwisselen ..................................... 83
6.3. Reinigen en olien ................................................. 83
6.4. Maatregelen bij storingen ................................... 87
6.5. T echnische gegevens .......................................... 89
7. Speciaal toebehoren (tegen meerprijs) ...... 90
8. Appendix
8.1. Kleurige inrijgschema's