Weinig en lichte lichamelijke inspanningen (bijv. wandelen, lichte werkzaamheden in de tuin, gymnas-
tiekoefeningen).
– Activiteitsgraad 3: Gemiddelde lichamelijke activiteit.
Minimaal 2 tot 4 maal per week en telkens 30 minuten lichamelijke inspanning.
– Activiteitsgraad 4: Grote lichamelijke activiteit.
Minimaal 4 tot 6 maal per week en telkens 30 minuten lichamelijke inspanning.
– Activiteitsgraad 5: ;FFSHSPUFMJDIBNFMJKLFBDUJWJUFJU
Intensieve lichamelijke inspanning, intensieve training of zware lichamelijke arbeid, telkens minimaal 1
uur.
5.3 Meting uitvoeren
Nadat alle parameters zijn ingevoerd, kunnen gewicht, lichaamsvet en de andere waarden worden
berekend.
o ;FUEFXFFHTDIBBMBBOEPPSLPSUPQIFUXFFHPQQFSWMBLUFTUBQQFO
– Kies door meermalig drukken op de toets „User” de geheugenlocatie waarin uw persoonlijke basisge-
gevens zijn opgeslagen. Deze worden vervolgens na elkaar getoond tot „0.0” in de display verschijnt.
– Ga blootsvoets op de weegschaal staan en let op dat u rustig op de elektroden staat.
Belangrijk: Er mag geen contact zijn tussen beide voeten, benen, kuiten en dijbenen. De meting kan dan
niet correct worden uitgevoerd.
Eerst verschijnt de volgende weergave:
1. Gewicht in kg met interpretatie KG
-JDIBBNTWFUJONFUJOUFSQSFUBUJF #'
-JDIBBNTWPDIUJONFUJOUFSQSFUBUJF
4. Spierpercentage in % met interpretatie
5. Calorieomzetting in Kcal
Vervolgens wisselt de weergave van spierpercentage en calorieomzetting naar:
6. Botmassa in kg
"DUJWJUFJUPN[FUUJOHJO,DBM
Door op een willekeurige toets te drukken kunnen de resultaten sneller worden getoond.
Er worden maximaal 5 resultaten automatisch opgeslagen in de geheugenlocatie. Foutmetingen met
„Err“ worden niet opgeslagen.
5.4 Meetwaarden oproepen
De laatst 5 metingen kunnen opnieuw worden opgeroepen.
o ;FUEFXFFHTDIBBMBBOEPPSLPSUPQIFUXFFHPQQFSWMBLUFTUBQQFO
– Kies door meermalig drukken op de toets „User” de geheugenlocatie waarin uw persoonlijke basisge-
gevens zijn opgeslagen. Deze worden na elkaar getoond tot „0.0” in de display verschijnt.
o ;PESBviWFSTDIJKOULVOUVNFUEFUPFUTPQ de laatste meetwaarde oproepen.
– Druk herhaaldelijk op de toets op om de één na laatste meetwaarde weer te geven. Na maximaal 5
metingen keert de weegschaal terug naar de weergave „0.0“ en is deze klaar voor meten.
Bij veranderingen van de gebruikersinstellingen (bijv. leeftijd) wordt de opgeslagen meetwaarde verwijderd.
6. Resultaten beoordelen
Trendweergave
Deze weegschaal is voorzien van een trendweergave waarbij de actuele meetwaarde met het gemiddelde
van de laatste 5 metingen wordt vergeleken.