7
6. Functies
De CM 8.2 heeft door de ingebouwde bewegingssensor een automati-
sche Start/Stop bij actie. Door het inzetten in de stuurhouder wordt de
bewegingssensor actief , daarbij wordt bij de eerste geregistreerde
beweging het display ingeschakeld. Tegelijkertijd wordt het zoeken naar
de zender gestart. (Wordt een zender niet automatisch gevonden, dan
kan het zoeken naar de zender ook met de hand door 3 sec. lang op de
rechter toets te drukken worden gestart.)
5 minuten (in de NoBike-Modus 15 uur) na het laatste zendsignaal resp.
de laatste druk op een toets schakelt het display over op de slaapmo-
dus (display schakelt uit). Door op een toets te drukken springt het dis-
play weer aan.
Als de hartslagmeting gestart moet worden, zonder dat de CM 8.2 in de
stuurhouder zit, het manuele zoeken naar de zender starten door 3 sec.
lang op de rechter toets te drukken.
Om de aanduiding van fiets 1 (Rad 1) te wisselen naar de aanduiding
van fiets 2 (Rad 2) (en omgekeerd), de rechter en linker toets tegeli-
jkertijd kort indrukken (op het display wisselt dan de aanduiding van 1
naar 2 en omgekeerd). Door de toetsen opnieuw kort in te drukken
wordt gewisseld naar de NoBike-Modus.
Om de dagwaarde op nul terug te zetten, de 3 toetsen allemaal
tegelijkertijd 3 seconden lang indrukken. Op het display ver-
schijnt dan kort de aanduiding ‘reset’, resp. ‘löschen’.
Om een opname te starten (voor de PC-verwerking, zie hfdst. 7), de
rechter en linker toets 3 sec. lang tegelijkertijd indrukken (daarmee wor-
den ook meteen de dagwaarden gewist, zie hfdst. 7).
De CM 8.2. heeft een driedelig display. Op het middelste deel wordt in
de Fiets-1-Modus (Rad 1-Modus) resp. Fiets 2-Modus (Rad 2-Modus)
de snelheid aangegeven. Daarbij wordt links van de snelheid met een
kleine 1 resp. 2 aangegeven of de waarden voor fiets 1 of fiets 2 gel-
den.
De functies, die op het bovenste gedeelte van het display aangegeven
worden, kunnen met de rechter toets doorgeschakeld worden, de func-
ties van het onderste gedeelte van het display met de linker toets.
Door steeds de middelste toets kort in te drukken worden de nevenfun-
cties van de functie op het onderste gedeelte van het display aangege-
ven.
Functies van het bovenste gedeelte van het display:
TM – Rijtijd per dag
Hartslag (indien ingeschakeld)
DST – Dagafstand
Tijd
(Verklaring van deze functies, zie ‚functies van het onderste gedeelte
van het display’)
Functie van het middelste gedeelte van het display:
SPD – Actuele snelheid.
Geeft de snelheid in km/h resp. m/h aan.
Meetbereik: 0 tot 199,9 km/h resp. m/h.
Daarbij wordt met de pijl links op het display aangegeven of de actuele
snelheid boven (pijl naar boven) of onder (pijl naar beneden) de actuele
gemiddelde snelheid ligt.
Functies van het onderste gedeelte van het display:
DST – Dagafstand
Geeft de tot dan toe afgelegde afstand in km of
mijl aan.
Meetbereik: 0 tot 999,99 km resp. m.
TOT – Totale afstand
Nevenfunctie van de functie dagafstand.
Geeft het totale (sinds het terugzetten, of sinds
het wisselen van de batterij) tot dan toe afgeleg-
de aantal km aan.
Meetbereik: 0 tot 99999 km resp. m.
∑TOT – Som totale afstand van fiets 1 en
fiets 2
Nevenfunctie van de functie dagafstand.
Geeft de som van het totaal (sinds het terugzet-
ten, of sinds het wisselen van de batterij) afge-
legde aantal km van fiets 1 en fiets 2 aan.
Meetbereik: 0 tot 199999 km resp. m.
Ø – Gemiddelde snelheid
Geeft de actuele gemiddelde snelheid in km/h
resp. m/h aan.
Meetbereik: 0 tot 199,9 km/h resp. m/h (waarbij
de decimalen hoger vermeld staan).
MAX – Maximale snelheid
Geeft de hoogste tot dan toe bereikte snelheid in
km/h resp. m/h aan.
Meetbereik: 0 tot 199,9 km/h resp. m/h (waarbij
de decimalen hoger vermeld staan).
Tijd
Geeft de actuele tijd aan.
Meetbereik: 00:00:00 tot 23:59:59 resp.
12:00:00 tot 11:59:59 AM/PM.
Datum
Nevenfunctie van de functie tijd.
Geeft de actuele datum in de vorm DD.MM.JJ
(dag, maand, jaar) aan.
TM /- Rijtijd per Dag (Afb. F)
Geeft de actuele rijtijd aan.
Meetbereik: 0 tot 9:59:59 h.
TOT – Totale Rijtijd
Nevenfunctie van de functie rijtijd per dag.
Geeft de totale rijtijd (sinds het terugzetten, of
sinds het wisselen van de batterij) aan.
Meetbereik: 0 tot 999:59 h.
∑TOT – Som totale rijtijd van fiets 1 en
fiets 2
Nevenfunctie van de functie rijtijd per dag.
Geeft de som van de totale rijtijd (sinds het
terugzetten, of sinds het wisselen van de batte-
rij) van fiets 1 en fiets 2 aan.
Meetbereik: 0 tot 999:59 h.