worden op "00" gezet. Druk op knop A (r.b.) en de minuten knipperen. Door wederom op C de drukken kunnen de
minuten worden ingesteld. Druk op knop A en de uren knipperen. Stel deze in door wederom op C de drukken. Druk
knop M in en de analoge tijd (seconden- minuten, uren en 24-uurswijzers) wordt aan de ingestelde digitale tijd
aangepast.
Het corrigeren van het tijdverschil
Het tijdverschil (bv. van zomer- naar wintertijd of terug) kan per uur worden gecorrigeerd door knop A (r.b.) langer dan
2 sec. in te drukken. De wijzers worden automatisch 1 uur vooruit gezet. Door het drukken op knop C (l.o.) worden de
wijzers automatisch 1 uur teruggezet.
Wijzerverstelfunktie
Indien de digitale display(s) moeilijk kunnen worden afgelezen omdat een of meer wijzers deze afdekken, kunnen de
storende wijzers door middel van de wijzerverstelfunktie tijdelijk worden verzet.
Door knop B (l.b.) langer dan 2 sec. ingedrukt te houden bewegen zich de seconden-, minuten en urenwijzers zich naar
de "0"-positie (12 uur). Als u tijdens het bewegen van de wijzers knop B nogmaals indrukt blijven deze staan. Indien
knop B weer wordt ingedrukt bewegen de wijzers zich weer terug in de oorspronkelijke positie.
Het instellen van de datum
Druk op knop M tot de funktiewijzer CAL aanwijst en trek deze knop uit naar de instelpositie. De maandweergave op
het digitale display 1 (links) knippert. Druk op knop C om de maand in te stellen. Druk dan op knop A en de datum op
het digitale display 2 (rechts) knippert. Druk op knop C om de datum in te stellen. Druk wederom om knop A en het
jhaar knippert. Druk op knop C om het jaar in te stellen. Het horloge kan van 1997 tot 2099 worden ingesteld. Druk
knop A wederom in om in de kalenderinstelfunktie terug te komen. Door knop M in te drukken in het instellen van de
datum beeindigd. De weekdag wordt automatisch aangegeven. In de tijdfunktie (TME) toont het display de weekdag en
datum. In de kalenderfunktie wordt de maand en de datum getoond.
Indien als datum een niet bestaande dag (bv. 30 februari of 31 september) wordt ingegeven, wordt automatisch de
eerstvolgende bestaande datum weergegeven.
Gebruik van de alarmfunkties
Druk op knop M tot de funktiewijzer ALM aanwijst en trek deze knop uit naar de instelpositie.De urenweergave op het
digitale display links knippert, terwijl op het display rechts de minutenweergave verschijnt. Druk op knop C om de uren
in te stellen. Druk op knop A en de minuten knipperen. Druk op knop C om de minuten in te stellen. Door wederom op
knop A te drukken schakelt het horloge in de ureninstelmodus terug. Druk knop M terug in de normale positie terug.
Iedere keer dat knop C wordt ingedruk wordt de alarmfunktie aan- (alarmtijd in display) of uitgeschakeld ("OF" in
display. Als het alarm klinkt kan deze door het drukken op een van de knoppen worden uitgeschakeld. Het alarm zal de
volgende dag weer afgaan als deze niet wordt uitgeschakeld
Gebruik van de SPL-chronograaf
Deze chronograaf kan een totaaltijd van 23 uur 59 min. 59 sec. en 99/100 registreren en weergeven. Als na het begin
van de tijdopname 24 uur of meer zijn vergaan, stopt de chronograaf en geeft 0.00.00 aan. Met behulp van de SPL-
chronograaffunktie kunnen tot 9 tussentijden worden opgenomen.
* De secondewijzer dient als chronograafsecondewijzer, terwijl funktiewijzer 2 (klokje boven) als chronograaf-
minutenwijzer wordt gebruikt
* De minuten-, uren- en 24-uurswijzers geven de normale tijd aan.
* Digitaal display 1 (links): in tussenopnamemodus wordt "S" en een volgnummer aangegeven. In andere modi volgt
geen weergave op dit display
* Digitaal display 2 (rechts): geeft waarden in 1/100 sec. aan. Na afloop van 60 minuten worden hier de chronograaf-
uren weergegeven.
Totaaltijd: Druk knop M totdat de funktiewijzer SPL aangeeft. Door op knop A te drukken worden de tijdopname
geaktiveerd. Iedere keer als knop A wordt ingedrukt stopt resp. start de tijdopname. Iedere keer worden de
tussentijden in het geheugen opgeslagen. Bij het drukken op knop C bij gestopte chronograaf, wordt de tijd
teruggezet op 0. Iedere keer als de knop A of C worden ingedrukt klinkt een pieptoon als bevestiging.
Tussentijd: Door op knop A te drukken wordt de tijdopname gestart. Iedere keer als knop A wordt gedrukt wordt de
tijdopname gestopt resp. weer gestart. Indien knop C tijdens de tijdopname wordt ingedrukt wordt een tussentijd
weergegeven en in het geheugen opgeslagen. In het linkerdisplay wordt de "S" aangegeven gevolgd door een
volgnummer. Er kunnen maximaal 9 tussentijden worden geregistreerd. Bij de registratie vanaf de 10e tussentijd
wordt de 1e tussentijd uit het geheugen gewist. Na enkele seconden loopt de chronograaf weer verder op de
daadwerkelijk verlopen tijd.
Oproepen van de geregistreerde tussentijden: Druk op knop B in de SPL-chronograafmodus. De chronograaf geeft de
oudste in het geheugen opgeslagen tussentijd aan. Door wederom op knop te drukken wordt de volgende tussentijd
aangegeven, enz. Na de laatste ingegeven tussentijd geeft de chronograaf het totaal van de geregistreerd
tussentijden aan. Aansluitend wijst de chronograaf de oudste tussentijd nog een keer aan, daarna de andere
opeenvolgende tussentijden. Druk op knop C om de chronograaffunktie weer op 0 te zetten. Alle tussentijden