NL
24
11. Aflaatplug voor condenswater
12. Aanzuigluchtfilter
3. Toepassingsgebied
De compressor dient voor de persluchtopwekking
voor pneumatisch gereedschap.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen
overeenkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het
gereedschap in ambachtelijke of industriële bedrijven
alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt gebruikt.
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk ander
verder gaand gebruik is niet reglementair. Voor
daaruit voortvloeiende schade of verwondingen van
welke aard dan ook is de gebruiker/bediener, niet de
fabrikant, aansprakelijk.
4. Technische gegevens
Netaansluiting: 230 V ~ 50 Hz
Motorvermogen kW: 1,1
Compressor-toerental 1/min: 2850
Bedrijfsdruk bar: 8
Drukvatcapaciteit (in liter): 40
Theor. aanzuigvermogen l/min: 140
Geluidsvermogen L
WA
in dB: 92
Bescherming type.: IP20
Gewicht van het toestel in kg: 23
5. Aanwijzingen omtrent de installatie
n Controleer het toestel op transportschade.
Eventuële schade onmiddellijk aangeven aan de
vervoeronderneming waarmee de compressor
werd geleverd.
n De compressor dient nabij de verbruikers te
worden geïnstalleerd.
n Vermijd lange luchtkabels en toevoerleidingen
(verlengingen).
n Let op droge en stofvrije aanzuiglucht.
n De compressor niet in een vochtige of natte
ruimte installeren.
n De compressor mag slechts in gepaste ruimten
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur
+5°C - +40°C) worden gebruikt. In de ruimte
mogen geen stof, zuren, dampen, explosieve of
ontvlambare gassen zijn.
n De compressor is geschikt voor gebruik in droge
ruimten. Hij mag niet worden gebruikt in zones
waarin met spatwater wordt gewerkt.
6. Montage en ingebruikneming
Let op!
Voor ingebruikneming het apparaat zeker
volledig monteren!
6.1 Montage van de wielen (3)
De bijgaande wielen dienen te worden
gemonteerdzoal getoond in fig. 3.
6.2 Montage van de standvoet (4)
De bijgaande rubberbuffer dient te worden
gemonteerd zoal getoond in fig. 4.
6.3 Netaansluiting
De compressor is voorzien van een netkabel met
veiligheidsstekker. Deze kan worden aangesloten op
elk veiligheidsstopcontact 230 V ~ 50 Hz dat
beveiligd is door een zekering van 16 ampère.
Alvorens het apparaat in gebruik te nemen dient u er
zich van te vergewissen dat de netspanning
overeenkomt met de bedrijfsspanning vermeld op het
kenplaatje van het apparaat. Lange toevoerleidingen
alsmede verlengkabels, kabeltrommels enz. leiden
tot spanningsverlies en kunnen het starten van de
motor beletten. Bij temperaturen onder +5°C start de
motor eventueel moeilijk ten gevolge van stroefheid.
6.4 AAN/UIT-schakelaar (8)
U schakelt de compressor in door de knop (8) uit te
trekken.
Om de compressor uit te schakelen moet u de knop
(8) indrukken. (Fig. 2)
6.5 Drukafstelling: (fig. 1)
n Met de drukregelaar (7) kan de druk op de
manometer (6) worden afgesteld.
n De afgestelde druk kan op de snelkoppeling (5)
worden ontnomen.
6.6 Afstelling van de drukschakelaar (9)
De drukschakelaar werd door de fabriek afgesteld.
Inschakeldruk 6 bar
Uitschakeldruk 8 bar