NEDERLANDS
elkaar botsen. Daarom is het absoluut noodzakelijk dat u
na het programmeren de vleugeloffset (menu 14)
activeert!
4.2.1 Eindstand "hek-dicht" en eindstand "hek-open"
programmeren
De eindstanden worden in dodemansmodus met lagere
snelheid geprogrammeerd. Daarbij moet u de dicht-toets
ingedrukt houden tot de aandrijving tegen de eindaanslag
"hek-dicht" rijdt en de krachtbegrenzing de aandrijving
automatisch uitschakelt. Tijdens de beweging knippert
een "L" op het betreffende scherm (zie afb. 6.1/6.3/6.5).
De overname van de eindstand "hek-dicht" wordt door
het scherm "EL" bevestigd. Vervolgens moet u de open-
toets ingedrukt houden tot de gewenste eindstand
"hek-open" is bereikt. Tijdens de beweging knippert
een "L" op het betreffende scherm. Vervolgens moet de
PRG-toets 5 seconden lang worden ingedrukt.
De overname van de eindstand wordt door het scherm
"EL" bevestigd.
Indien in de eindstand "hek-open" eindaanslagen voor-
handen zijn, wordt de eindstand bij overschrijding van de
kracht automatisch gedetecteerd en wordt de overname
van de eindstand eveneens door het scherm "EL" be-
vestigd.
Tip
Na het programmeren van de eindstanden staat de bestu-
ring van de draaihekaandrijving nog steeds in het leermenu
(menu 1 of menu 1A / menu 1b) zodat vervolgens de
krachten moeten worden geprogrammeerd! – (zie 4.2.2)
4.2.2 De krachten in rijrichting "dicht" en in rijrichting
"open" programmeren
De registratie van de krachten gebeurt in beide richtingen
automatisch in de zelfvergrendelingsmodus. De dicht-
toets moet kort worden ingedrukt (zie afb. 6.2/6.4/6.6).
Vervolgens rijdt het hek over de geprogrammeerde afstand
tot aan de eindaanslag "hek-dicht" en slaat automatisch
de vereiste krachten op. Tijdens de krachtleerbeweging
verschijnt een knipperende "F".
Daarna moet u kort op de open-toets drukken zodat
het hek over de geprogrammeerde afstand tot in de eind-
stand "hek-open" rijdt en de vereiste krachten automatisch
opslaat. Tijdens de krachtleerbeweging verschijnt een
knipperende "F".
Na het programmeren van de krachten staat de besturing
van de draaihekaandrijving nog steeds in het leermenu
(menu 1 of menu 1A / menu 1b). Nadien moet op de
PRG-toets worden gedrukt. Zo beëindigt u het leer-
proces en springt u tegelijkertijd naar het volgende menu
(menu 2).
Om terug te keren naar de normale modus (menu 0)
moet u meermaals op de PRG-toets drukken - na menu
15 volgt menu 0.
OPGELET
Indien de krachtleerbeweging wordt afgebroken
dan gaan de leerdata volledig verloren.
4.2.3 De krachten bijstellen
De bij de leerbeweging geprogrammeerde krachten zijn
in het algemeen voldoende de hekken op een betrouw-
bare wijze te sluiten of te openen. Wegens speciale mon-
tagesituaties kan het echter gebeuren dat de geprogram-
meerde krachten niet volstaan, wat ongewilde omkeer-
bewegingen tot gevolg kan hebben. Bijzonder kritiek zijn
de volgende situaties:
• grote windlast
• oplopende hengsels
• zware zwaaihekken
• zware hekken met zeer onregelmatig verloop
• openingshoek groter dan 90°
• zeer kleine of negatieve montagemaat (e-maat)
• hekken met kleine lagerrollen en oneffen ondergrond
Voor de instelling van de krachten – zie 5.3.4.
4.2.4 Leerkracht aanpassen (zie afbeelding 20)
Bij het programmeren worden de eindstanden gedeeltelijk
of volledig geregistreerd via de activering van de kracht-
uitschakeling. De leerkracht moet groot genoeg zijn om te
vermijden dat de krachtuitschakeling ongewild aanspringt.
Om bij kleine gevoelige hekken schade te vermijden kan
de leerkracht in twee niveaus worden ingesteld. Het eerste
niveau is zo gekozen dat de meeste hekinstallaties ermee
kunnen worden geprogrammeerd (zie 5.3.10).
Indien bij de leerbeweging de krachtuitschakeling onge-
wild aanspringt of indien de eindstanden niet worden
bereikt dan moet de leerkracht worden verhoogd. Indien
de leerkracht wordt overschreden verschijnt het foutbe-
richt 7A of 7b.
Tip
Na het programmeren van de draaihekaandrijving moeten
minstens drie ononderbroken hekbewegingen worden
uitgevoerd. Daarna is de aandrijving bedrijfsklaar.
5 Menu's van de draaihekaandrijving
De besturing van de aandrijving omvat 15 menu's voor
de gebruiker, die onderverdeeld zijn in drie klantenmenu's
en twaalf servicemenu's.
Algemeen: * = fabrieksinstelling
Menu-overzicht
Menu nr. Menubeschrijving
*
0 Normale modus -
1 Leermodus -
2 Lichtuitgang 5
3 Automatisch sluiten 0
4 Beveiliging SE 1 en SE 2 0
5 Instelling van de relaisfunctie 0
6a en 6b Krachtbegrenzing voor de rijrichting
"Dicht" 0
7a en 7b Gedrag voor de eindstand (kruipsnel-
heid/eindstandtolerantiebereik voor de
rijrichting "Dicht" 3
8a en 8b Krachtbegrenzing voor de rijrichting
"Open" 0
86
11.2004 TR10A008-A RE
