25
Functies en bediening van de trainingscomputer TX3/Trainingshandleiding
NL
Hartcontroleprogramma's P10 H-Si, P11 H-S
De gebruiker heeft de mogelijkheid het programma op basis van zijn
doelhartslagwaardes individueel in te stellen. Zodra het apparaat
ingeschakeld is en de veiligheidssleutel geplaatst, kunt u op de PRO-
GRAM toets indrukken om de hartcontroleprogramma's P10 H-SI of
P11 H-S te kiezen. Als de gebruiker een programma individueel kan
instellen, knippert de voorgeprogrammeerde waarde (of de daarvoor
ingegeven waarde) en toont dat u de knipperende waarde kunt beve-
stigen of de waarde kunt wijzigen. Zodra u uw waardes ingevoerd
en bevestigd heeft, start de loopband. De loopband stelt automatisch
bij P10 H-Si de hellingshoek of de snelheidin en bij P11 H-S alleen
de snelheid, om de doelhartslag van de gebruiker na ca. 5 minuten
te bereiken en te behouden. Na deze 5 minuten wordt alleen nog
automatisch de snelheid gewijzigd om de doelpolsslag te behouden.
Er wordt geprobeerd de doelhartslag met een nauwkeurigheid van
+/- 4 hartslagen te behouden. Tijdens de training kan de gebruiker
de snelheid of de hellingshoek altijd nog manueel instellen. Tijdens de
training telt de totale tijd terug. Om het hartcontroleprogramma te
kunnen gebruiken, dient de gebruiker een borstgordel te dragen.
1. Apparaat inschakelen.
2. Veiligheidssleutel plaatsen en de clip aan de kleding van de gebru-
iker vastmaken.
3. Druk 10x op de PROGRAM toets voor H-SI = HRC SPEED / INCLI-
Trainingshandleiding
Het lopen is een zeer efficiënte vorm van conditietraining.
Met de loopband kunt u onafhankelijk van het weer een
gecontroleerde en gedoseerde looptraining thuis uitvoeren.
De loopband is niet alleen geschikt voor joggen, maar ook
voor gewoon lopen. Voordat u begint met trainen, dient u
onderstaande aanwijzingen zorgvuldig door te lezen!
Planning en sturing van uw looptraining
De basis voor uw trainingsplanning is uw actuele lichamelijk
conditie. Met een belastingtest kan uw huisarts uw persoon-
lijke conditie vaststellen, die als basis voor uw trainingsplan-
ning dient. Heeft u geen belastingtest gedaan, vermijd dan
in elk geval een hoge trainingsbelasting resp. overbelasting.
Let op onderstaande basisregel voor uw planning: duurtrai-
ning wordt zowel via de belastingomvang als via het bela-
stingniveau / -intensiteit gestuurd.
Richtwaardes voor een duurtraining
Belastingintensiteit
De belastingintensiteit wordt bij een duurtraining bij voor-
keur via de hartslagfrequentie gecontroleerd.
Maximale polsslag: met een maximale belasting wordt het
bereiken van een individuele maximale polsslag bedoeld.
De maximaal bereikbare polsslag is van de leeftijd afhanke-
lijk. Hier geldt de vuistregel: de maximale polsslag per
minuut is gelijk aan 220 slagen min de leeftijd.
Voorbeeld: leeftijd 50 jaar > 220 - 50 = 170 slagen/min.
Belastingpolsslag:
De optimale belastingintensiteit wordt bij 65-75% van het
individuele hartvermogen / bloedsomloopvermogen bereikt
(zie diagram).
(65 % van Max. pols)
(75 % van Max. pols)
NE of 11x = H-S = HRC SPEED.
4. Druk op de ENTER toets om te bevestigen.
5. Gebruik de STEIGUNG INCLINE toetsen (+), (-) of de SPEED
toetsen (+), (-) om uw leeftijd in te geven.
6. Druk op de ENTER toets om te bevestigen.
7. Gebruik de STEIGUNG INCLINE toetsen (+), (-) of de SPEED
toetsen (+), (-) om de trainingstijd in te voeren.
8. Druk op de ENTER toets om te bevestigen.
9. Gebruik de STEIGUNG INCLINE toetsen (+), (-) of de SPEED
toetsen (+), (-) om de doelpolsslag in te voeren.
10. Druk op de ENTER toets om te bevestigen. De training begint.