Korte S-bus
Type ISDN-bekabeling dat het meest wordt
gebruikt. De korte S-bus bestaat uit één lange
kabel van maximaal 150 m, met aan het
beginpunt de NT1. Op de korte S-bus mag u
maximaal 8 ISDN-apparaten aansluiten.
Y-configuratie
Type ISDN-bekabeling dat u kunt gebruiken
wanneer u wilt dat vanaf de NT1 twee kabels
door het huis lopen. De maximale lengte van
de gehele ISDN-bekabeling is 150 m. Op de
Y-configuratie mag u maximaal 8 ISDN-appa-
raten aansluiten.
Lange S-bus
Type ISDN-bekabeling dat u kunt gebruiken
wanneer u uw ISDN-apparaten op 150 tot
500 m afstand van de NT1 wilt plaatsen. Op de
lange S-bus mag u maximaal 4 ISDN-appara-
ten aansluiten.
Punt-punt-verbinding
Type ISDN-bekabeling dat u kunt gebruiken
als u één ISDN-apparaat op een afstand van
500 tot 1000 m van de NT1 wilt plaatsen.
Op de punt-punt-verbinding mag u slechts
één ISDN-apparaat aansluiten.
3.2 ISDN-bekabeling leggen
Elke type ISDN-bekabeling moet aan bepaalde
eisen voldoen. Als u de onderstaande eisen
niet opvolgt, is het mogelijk dat uw ISDN-
apparatuur niet goed functioneert of bescha-
digd raakt. Achterin deze gebruiksaanwijzing
vindt u een overzicht van de eisen per type
ISDN-bekabeling.
Voor alle typen ISDN-bekabeling geldt dat op
de ISDN-bekabeling geen vertakkingen
mogen voorkomen. De kabel moet gaan van
ISDN-wandcontactdoos naar ISDN-wandcon-
tactdoos enzovoort.
21
