20
DASHBOARD EN BEDIENING
Daglichten en dimlichten (groen)
Het lampje op het instrumentenpaneel gaat
branden als de daglichten of de dimlichten wor-
den ingeschakeld.
Follow me home
Het lampje gaat branden als de functie “Follow me ho-
me” wordt ingeschakeld (zie “Follow me home” in hoofd-
stuk “1”).
Op het display verschijnt het betreffende bericht.
3
Grootlicht (blauw)
Het lampje gaat branden als het grootlicht
wordt ingeschakeld.
1
Snelheidsregelaar
(cruise control) (waar voorzien) (groen)
Als u de sleutel op MAR draait, gaat het lamp-
je branden. Het moet echter na enkele seconden
doven. Het lampje op het instrumentenpaneel brandt als
de draaiknop van de cruise-control in stand ON staat.
Op het display verschijnt het betreffende bericht.
Ü
DISPLAY
De auto kan zijn uitgerust met een multifunctioneel dis-
play dat, afhankelijk van de instelling, nuttige informa-
tie levert aan de gebruiker tijdens de rit.
BEGINSCHERM MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY fig. 4
Op het beginscherm kan het volgende worden weergege-
ven:
A. Datum
B. Stuurbekrachtiging Dualdrive ingeschakeld
C. Symbool voor Sport-functie (waar voorzien)
D. Tijd
E. Kilometerteller (weergave kilometer-/ mijltotaalteller)
F. Symbool voor kans op gladheid.
G. Buitentemperatuur
H. Afstand tot volgende servicebeurt
I. Stand koplampverstelling (alleen als het dimlicht is in-
geschakeld).