43
KGL CF 178
NL
* afhankelijk van model en uitvoering
3 Koelgedeelte
Verdelen van de levensmiddelen
Door de natuurlijke luchtcirculatie in het koelgedeelte
ontstaan gebieden met verschillende temperaturen. Voor
de diverse soorten levensmiddelen kan deze tempera-
tuurverdeling voordelig zijn. Zo heerst direct boven de
groenteladen en tegen de achterwand de laagste tempera-
tuur. Bovenin het apparaat, aan de voorkant en in de deur
heerst de hoogste temperatuur (optimaal voor bijv. kaas
en smeerbare boter). Plaats de levensmiddelen daarom
volgens het indelingsvoorbeeld, afb. B, in het apparaat.
Tips voor het koelen
- Leg de levensmiddelen niet te dicht tegen elkaar zodat
de lucht er goed tussen circuleren kan.
- Bewaar levensmiddelen die snel geur of smaak afgeven
of aannemen evenals vloeistoffen altijd in een gesloten
koelkastdoos of afgedekt.
- Ethyleengasproducerende en -gevoelige levensmiddelen
zoals fruit, groente en sla, altijd gescheiden bewaren of
verpakken, om de houdbaarheid niet te reduceren; bijv.
tomaten niet met kiwi's of kool bewaren.
Indeling aanpassen
Desgewenst kunt u de plateaus en opbergvakken verplaat-
sen.
W Opbergvakken in deur verplaatsen, afb. C: schuif het
opbergvak omhoog, neem het er naar voren uit en zet
het in de omgekeerde volgorde terug.
W Door de flessenhouder te verschuiven, voorkomt u dat
flessen omvallen bij het openen en sluiten van de deur,
neem de flessenhouder altijd bij het fixeerdeeltje van
kunststof.
W Draagplateaus verplaatsen, afb. D:
- Til het draagplateau op, trek het naar voren en zwenk
het weg.
Schuif de draagplateaus altijd met de aanslagrand ach-
ter naar boven wijzend terug, daar de levensmiddelen
anders aan de achterwand vast kunnen vriezen.
- De glasplaten zijn door uittrekstops beveiligd tegen
ongewild uittrekken.
W Hebt u ruimte voor grote flessen nodig, dan kunt u
- de voorste halve glasplaat* zacht omhoog heffen en
voorzichtig onder de achterste plaat schuiven tot de uit-
trekstops in de openingen klikken, afb. E.
De binnenverlichting
wordt automatisch uitgeschakeld wanneer het apparaat
langer dan ca. 15 minuten open staat. Gaat de binnenver-
lichting niet automatisch aan wanneer u het apparaat opent
maar is het temperatuurdisplay wel verlicht, dan is het
gloeilampje misschien defect.
Vervangen van de gloeilamp:
W Type gloeilamp: max. 25 W, de stroom en spanning
moeten overeenkomen met de gegevens op het type-
plaatje. Gebruik enkel gloeilampen met dezelfde afme-
ting. E14-fitting.
W Schakel het apparaat uit. Trek de stekker uit het stop-
contact of schakel de zekering in de meterkast uit.
W Druk de boven- en onderkant van het afdekkapje,
afb. F1, in 1 en wip het kapje aan de achterkant los 2.
W Vervang de gloeilamp, afb. F2, gebruik bij het draaien iets
meer kracht - i.v.m. wrijving van afdichting. Let er bij het
indraaien op dat de afdichting correct in de lampfitting zit.
W Zet het afdekkapje achter terug en druk de boven- en
onderkant vast.
Afb. B: Koelgedeelte:
1 boter, kaas
2 eieren
3 dranken, pakken melk/sap, flessen
4 blikken
5 bakproducten
6 zuivelproducten
7 zuidvruchten, koudegevoelige groentes
Cool&Fresh-gedeelte:
8 vlees, worst, vis, kant-en-klare maaltijden
9 sla, fruit, groenten; meer informatie vindt u in de
paragraaf "Cool&Fresh-gedeelte".
* afhankelijk van model en uitvoering