13. Instandhouding
Regelmatig onderhoud van de machine verlengt de levensduur.
Voor onderhoud altijd de motor uitschakelen en de bougiedop verwijderen.
Altijd de veiligheidsmaatregelen goed in acht nemen.
Onderhoud
1. de motor uitschakelen en afkoelen laten.
2. de gashendel zich op stop (“0” stand). Bougiedop verwijderen.
3. Doordat de machine aan trillingen is blootgesteld is het belangrijk regelmatig
alle moeren en bouten te controleren.
4. Na elk gebruik de machine goed schoonmaken. De koelribben van de motor
moeten vrij van vuil blijven. Alle beweegbare metalen delen voorzien van
olie/kruipmiddel om roestvorming te voorkomen en voor de smering.
5. De bougiedop weer plaatsen.
Nooit een hogedrukreiniger gebruiken voor het reinigen van de ruwterrein
maaier.
Messen wisselen (A)
Motor uitschakelen en bougiedop verwijderen.