63
Aansluitingen en bedieningselementen
(10) Regelaar TRIM
Met de TRIM-regelaar wordt de ingangsgevoeligheid van het kanaal ingesteld. De signalen met een verschillende
sterkte van de afzonderlijke kanalen kunnen zo worden voorversterkt en aan elkaar worden aangepast.
De kanaal-uitsturingsindicatie (5) geeft informatie over het niveau van het ingangssignaal.
De weergave dient indien mogelijk de „0dB“-waarde niet te overschrijden, aangezien dit kan
leiden tot vervorming van het muzieksignaal. Stel de TRIM-regelaar overeenkomstig in.
(11) Klankregelaar CH1 – CH5
Met deze klankregelaars verandert u het geluid van het betrokken kanaal.
• HIGH = klankregelaar hoog
• MID = klankregelaar midden
• LOW = klankregelaar laag
• Linker regelaaraanslag betekent maximale verlaging
• Rechter regelaaraanslag betekent maximale verhoging
• In de middenstand heeft deze regelaar geen invloed op het signaal (neutrale stand).
(12) Schakelaar EQ BYPASS
Schakelaar voor het in- resp. uitschakelen van de klankregeling van het betrokken kanaal. Druk op de toets om
de instelling van de klankregeling te overbruggen. De EQ BYPASS LED licht op.
(13) Kanaal uitsturingsindicatie
Indicatie voor het visueel bewaken van het betrokken ingangsniveau.
(14) Kanaalfaders
Met de kanaalfader stelt u het niveau van het betrokken kanaal in.
(15) Schakelaar PFL
Bij ingedrukte PFL-schakelaar kan het kanaal via de koptelefoon worden voorbeluisterd. Er kunnen meerdere
kanalen CH1 – CH5 gelijktijdig op „Voorbeluisteren“ worden geschakeld. De PFL LED licht op, als de functie
ingeschakeld is.
(16) MAIN OUT VOL1 regelaar
Met deze draairegelaar wordt het niveau op de uitgangen MAIN OUTPUT 1 (40) en SUBWOOFER (42) ingesteld.
(17) MAIN OUT VOL2 regelaar
Met deze draairegelaar wordt het niveau bij de uitgang MAIN OUTPUT 2 (45) ingesteld.
(18) Regelaar MAIN BAL1
Regelaar voor het instellen van de links/rechts-balans voor de MAIN OUTPUT 1-uitgang (40).
(19) Uitsturingsindicatie MASTER LEVEL
De uitsturingsindicatie MASTER LEVEL geeft het niveau aan van het MAIN OUTPUT 1 uitgangssignaal (40). De
weergave dient indien mogelijk de „0dB“-waarde niet te overschrijden, aangezien dit kan leiden tot vervorming
van het muzieksignaal. Stel de MAIN OUT VOL1 regelaar (16), de kanaalfader (14), de TRIM-regelaar (10) en de
MIC VOL-regelaar (4) overeenkomstig in.
