2 3
Die Unterwasserscheinwerfer UW L 1220/ T ec und UWL 1250/T ec sind vorgesehen für den E insatz in Spring-
brunnenanlagen und Gartenteichen. Sie werden mit Schutzkleinspannung 12 V betrieben.
T ransformat or
Die V ersorgung der Unterwasserscheinwerfer mit 12 V olt Schutzkleinspannung muß über einen
Sicherheitstransformator nach VDE 0570 erfolgen. Dieser muß auch den Einsatzbedingungen
entsprechen. T ransformat or nur im wassergeschützten Bereich betreiben! Die Anschlußsteckdose
sollte mindestens 2 m vom Rand des Gartenteiches entfernt sein. (siehe Abb. 1)
Achtung! T ransformator erwärmt sich während des Betriebes.
Um eine ausreichende Kühlung sicherzustellen, darf der T ransformator nicht in schlecht belüftete
Gehäuse eingebaut werden.
Anschlußleitungen
Für die ge forderten Leitungslängen zwischen T ransformatoren und Scheinw erfern, sowie deren Anzahl ,
müssen die erforderlichen Leiterquerschnitte berechnet w erden!
Die Leitungen müssen vom T yp H07RN-F und für die V erlegung im Wasser geeignet sein. Die montierten
Kabelverschraubungen lassen K abeldurchmesser von Ø 8 bis max. 15 mm z u, Ø 8 - 11 mm durch montie-
ren des zusä tzlichen Dichteinsatzes (im Lie ferumfang enthalt en). Die mitgelieferten P orzelanklemmen sind
für Leiterquerschnitte bis max. 16 mm² bzw . 2,5 mm² zugelassen.
Scheinwerfer nicht an Anschlußleitung tragen, hängen oder ziehen.
Lange durchhängende Anschlußleitungen müssen separat gesichert werden um ein Lösen von T rafo oder
Scheinwerfer zu v erhindern!
Betrieb und Installation (siehe Abb. 1)
Für die Installa tion sowie für den Betrieb dieser Unt erwasserscheinwerfer sind die jeweils gültigen natio-
nalen Sicherheitsvorschriften einz uhalten. Bitte wenden Sie sich an den E lektrofachmann.
Der Scheinwerfer , mit 20 Watt, kann im Wasser , aber auch außerhalb eingesetzt werden. Ein Min-
destabstand von 50 cm zu brennbaren Gegenständen muß beim Betrieb außerhalb des W assers
unbedingt eingehalten werden.*
Der Scheinwerfer , mit 50 Watt, darf nur im Wasser betrieben werden. Er muß mindestens 2 cm mit
Wasser bedeckt sein, um eine ausreichende K ühlung zu g ewährleisten. (siehe Abb.2)
Achtung! Der Betrieb mit Farbscheiben außerhalb des W assers ist nicht zulässig.
Es besteht die Gefahr , daß die Farbscheiben
schmelzen.
Max. Eintauchtiefe 1 Meter! IP 68 1 m
* UWL 1 220/T ec
Befestigen k önnen Sie den Unterwasserscheinwerfer
- mit dem Standfuß (12) an Mauern, Steinplatten usw . (siehe Abb. 2)
- mit der Fußpla tte Ø 153 und Steinen als Gewicht, an einer beliebigen St elle im T eich, ohne
Befestigungsschrauben. (siehe Abb. 3)
Je nach Lieferumf ang!
Auswechseln der Lampe (siehe Abb. 4)
Achtung! Als Ersatz können (f ast) alle handelsüblichen Halogen-Kaltlichtspiegellampen T yp GU 5.3 mit
max. 20 W att bzw . 50 W att verwendet werden.
1. Netzsteck er aus der Steckdose z iehen und gegen Wiedereinschalten sichern.
2. Scheinwerfer komple tt aus dem Wasser herausnehmen.
3. Scheinwerfergehäuse (6) festhalt en und den Scheinwerferring (1) entgegen dem Uhrzeigersinn
abschrauben.
4. Glasscheibe (2) und Dichtring (5) abnehmen.
5. Lampe (3) aus dem Gehäuse (6) herausnehmen und die K eramikfassung (4) abziehen.
6. Auf den Dichtring (7) unter der Lampe (3) acht en!
7. Bev or Sie den Scheinwerfer wieder montieren, müssen Glasscheibe (2) und Dichtring (5) gereinigt
werden. K eine spitzen Gegenstände oder Scheuermittel verwenden.
8. Lampe (3) austauschen, in F assung (4) stecken und ins Gehäuse (6) z urückführen.
9. Auf den Dichtring (7) unter der Lampe (3) acht en!
10. Glasscheibe (2) auf den Dichtring (5) am Gehäuse (6) legen, Scheinwerferring (1) übersteck en und im
Uhrzeigersinn festschrauben.
D
De onderwaterschijnwerpers U WL 1220/T ec en UWL 1250/T ec zijn bedoeld voor de inz et in font eininstal-
laties en tuinvijv ers. Ze w orden met een 12 V veiligheidslaagspanning gebruikt.
T ransformator
De stroomv oorziening van de onderwaterschijnwerper met een 1 2 V olt veiligheidslaagspanning
moet gebeuren met behulp van een veiligheidstransf ormator volgens VDE 0570.
Deze transformator moet ook aan de inzetv oorwaarden voldoen.
De transformator uitsluitend in een tegen water beschermde zone gebruik en! De aansluitstekker -
doos moet minstens 2 m vanaf de rand van de tuin vijver verwijderd zijn. (Zie afb. 1)
Attentie! T ransformator wordt tijdens het gebruik warm.
Om te waarborgen dat er voldoende k oeling is mag de transformator niet in een slecht ge ventileerde
behuizing worden gemonteerd.
Aansluitkabels
V oor de ver eiste lengte en het v ereiste aantal van de kabels tussen de transformat oren en de schijnwerpers
moeten de noodzak elijke kabeldoorsnedes ber ekend worden!
De kabels moeten v an het type H07RN-F zijn en te vens in en onder wa ter gelegd kunnen worden. De ge-
monteerde schroefv er bindingen van de kabels zi jn geschikt voor een kabeldoorsnede van Ø 8 tot max. 15
mm, door montage van het e xtra dichtingsstuk ( bij de lev ering inbegrepen) voor Ø 8 - 11 mm. De meegele-
verde porseleinen klemmen zijn t oegestaan voor kabeldoorsnedes to t max. 16 mm² resp. 2,5 mm².
De schijnwerper niet aan de aansluitkabel dragen, hangen of trekk en.
Lange, doorhangende aansluitkabels moet en apart beveiligd worden, om t e voorkomen da t de trafo of de
schijnwerper los raakt!
Gebruik en installatie (zie afb. 1)
V oor de installatie en het gebruik v an dez e onderwaterschijnwerpers moet en de betreffende geldende na tio-
nale veiligheidsv oorschriften in acht genomen worden. Neem a.u.b . c ontact op met een elektrovakman.
De schijnwerpers met 20 W att kunnen in het water , maar ook buiten het water ingezet worden. Bij de
inzet buiten het water moet absoluut een minimale afstand van 50 cm ten opzichte v an brandbare
voorwerpen aangehouden worden.*
De schijnwerper mag met 50 W att uitsluitend in het water worden gebruikt. Hij moet minimaal met 2
cm water bedekt zijn, om voldoende k oeling te waarborgen. (zie afb.2)
Attentie! Gebruik met kleurenschijven is buiten het water niet t oegestaan.
Het gevaar bestaat dat de kleurenschijv en smelten.
Max. indompeldiepte 1 meter! IP 68 1 m
* UWL 1 220/T ec
U kunt de onderwaterschijnw erper bevestigen
- met de standvoe t (12) op muren, stenen plat en enz. (Zie afb. 2)
- of met de voe tplaat Ø 153 en stenen als gewicht , op een willekeurige plek in de vijv er , zonder
bev estigingsschroev en. (Zie afb. 3)
Afhankelijk v an de leveringsom vang !
V ervangen van de lamp (zie afb. 4)
Attentie! Als v ervanging kunnen (bijna) alle in de handel gebruikelijke
halogeen koudlicht spiegellampen v an het type GU 5.3 met max. 20 Wa tt /50 Watt worden gebruikt.
1. Netstekk er uit het stopcontact trekken en be veiligen tegen hernieuwde inschak eling.
2. Schijnwerper compleet uit het w ater nemen.
3. Schijnwerperbehuizing (6) v asthouden en de schijnwerperring (1) losschroeven tegen de wijz ers van de
klok in.
4. Glasschijf (2) en dichtingsring (5) verwijderen.
5. Lamp (3) uit de behuizing (6) nemen en de k eramische fi tting (4) eraf trekken.
6. Let op de dichtingsring (7) onder de lamp (3)!
7. V oordat u de schijnwerper weer monteert, moeten he t glas (2) en de afdichtring (5) worden gereinigd.
Geen spitse voorwerpen of schuurmiddelen gebruiken.
8. Lamp (3) vervangen, in de fi tting (4) steken en t erugbrengen in de behuiz ing (6).
9. Let op de dichtingsring (7) onder de lamp (3)!
10. Glas (2) op de afdichtring (5) op de behuizing (6) leggen, de ring v an de schijnwerper (1) erop
aanbrengen en met de wijz ers van de klok mee vastschr oeven.
NL