NEDERLANDSnl
16
gereedschap of soortgelijke meer in het apparaat
bevindt.
Andere dan de in dit hoofdstuk beschreven
onderhouds- of repar atiewerkzaamheden mogen
uitsluitend door geschoold personeel worden
uitgevoerd.
8.1 Belangrijke informat ie
Onderhoud en controles moeten volgens de
wettelijke eisen confor m de installatie en de
gebruikswijze van het apparaat worden gepland
en uitgevoerd.
Toezichthoudende autoriteiten kunnen de
indiening van de juiste do cumentatie verlangen.
8.2 Regelmatig onderhoud
Iedere keer voor het begin van de
werkzaamh eden
– P ersluchtslange n controleren op
beschadigingen; Indi en nodig vervangen.
– Schroefverbindingen op goede zitting
controleren en indien nodig aantrekken.
– Aansluitkabel op beschadiginge n controleren en
indien nodig laten vervangen d oor een
elektricien.
Dagelijks
– Condensaat van he t drukreservoi r via het
condensventiel (3) we g laten lopen.
Na elke period e van 50 bedrijfsure n
– Luchtfilter (10) reinigen (zie afb. C, pagina 3).
Na elke period e van 250 bedrijfsuren
– Luchtfilter (10) reinigen of vervangen (z ie afb. C,
pagina 3).
Na elke periode van 1000 bedr ijfsuren
– Inspectie uit laten voeren in een service-
werkplaats. Hierd oor wordt de leven sduur van
de compressor aa nzienlijk verhoog d.
8.3 Apparaat bewaren
1. Apparaat uitschak elen en netstekker eruit
trekken.
2. Maak het druk reservoir en alle aan gesloten
pneumatische gereedschappen drukvrij.
3. Condensaat van het drukreservoir via het
condensventiel (3) weg laten lo pen.
4. Apparaat op een dergelijke manier bewaren,
dat onbevoegden het ni et in gebruik kunnen
nemen.
Attentie!
Het apparaat niet in de openlucht of in een
vochtige omgeving bewaren.
Bij vorstgevaar
Attentie!
Vorst (< 5 °C) brengt on herstelbare schade aan
het apparaat en de toebehoren aan omdat de ze
altijd water bevatten! Als er ka ns op v ors t bes taa t,
moet het apparaat samen met de toebehoren
worden opgeborgen.
Gevaar!
Reparaties aan deze ge reedschappen mogen
alleen uitgevoerd worden door elektr omonteurs!
Neem voor gereedschap van Metabo dat
gerepareerd dient te worden contact op met uw
Metabo-vertegenwoordigin g. Zie voor adr essen
www.metabo.com.
Lijsten met reserveonderdelen kunt u via
www.metabo.com down loaden.
Gevaar!
Het condensaat uit het drukreservoir bevat
olieresten en/of milieubelastende
verontreinigingen. V erwijder het conde nsaat op
een milieuvriendelijke manier via het KCA!
Neem de nationale voorschriften in acht voor een
milieuvriendel ijke verwijdering en de r ecycling van
afgedankte machines, ve rpakkingen en
toebehoren.
Uitsluitend voor EU-la nden: Geef uw
gereedschap nooi t met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake gebruikte elektrische en elektronische
apparaten en de vertaling hier van in de nationale
wetgeving dienen oude apparaten gescheid en te
worden ingezame ld en op milieuvriendelij ke wijze
te worden afgevoerd.
Gevaar!
Alvorens u met werkzaamheden aan het
apparaat begint:
Apparaat uitschakelen. Netstekker uit het
stopcontact trekken. Wacht totdat het apparaat
stil staat. Zorg ervoor, dat het apparaat en alle
gebruikte pn eumatische gereedschappen en
toebehoren drukloos zijn. Laat het apparaat en de
gebruikte pn eumatische gereedschappen en
toebehoren afkoelen.
Verdere werkzaamhed en dan de in dit hoofdstuk
beschreven werkzaamheden moge n alleen
worden uitgevoerd door een gekwalificeerde
elektricien of het service-center in uw land.
Na alle werkzaamheden aan het apparaat:
Alle veiligheidsvoorzieningen weer in gebr uik
nemen en controle ren. Controleer dat zich geen
gereedschap of soortgeli jke meer in het apparaat
bevindt.
De compressor werkt niet:
▪ Er is geen netspanning.
– Controle er het snoer, de stekker, het
stopcontact en de zekering.
▪ De netspanning is te laag.
– Gebruik verlengsnoeren met voldoende
doorsnede (zie hoofdstuk 12. Technische
gegevens). Als het gereedschap koud is:
Verlengsnoer vermeiden. Als het gereedschap
koud is: Laat de druk van het drukreservoir
ontsnappen.
▪ De compressor werd uitgeschakeld door aan de
netstekker te trekken terwijl het apparaat nog
was ingeschakeld.
– Compressor met behulp van de aan-/uit-
schakelaar (9) in eerste instantie uitschakelen
en vervolgens we er inschakelen.
▪ De motor is oververhit, bijv. doo r onvoldoende
koeling (koelr ibben afgedekt).
– Compressor met behulp van de aan-/uit-
schakelaar (9) uitschak elen.
– Oorzaak van de oververhitting verhelpen.
Ongeveer tien minuten laten afkoelen
– Compressor met behulp van de aan-/uit-
schakelaar (9) opni euw inschakelen.
Compressor draait zonder voldoende druk op
te bouwen.
▪ Condensventiel lekt.
– Controle er of het condensventiel (3) gesloten
is.
– Afdichting van de vent ielschroef controlere n,
indien nodig vervangen.
▪ Terugslagklep le kt.
– Terugslagklep in een se rvice-werkpla ats laten
reviseren.
Pneumatisch gereedschap krijgt niet
voldoende druk.
▪ Drukregelaar is niet ver gen oeg open gedraaid.
– Drukregelaar (7) verder open draaien.
▪ Slangverbinding tussen compressor en
pneumatisch gereedschap lekt.
– Slangverbinding controleren; beschadigde
onderdelen indien nodig vervangen.
Toelichting o p de gegevens va n pagina 3.
Wijzigingen en technische verbeteringen
voorbehouden.
A= z u i g k r a c h t
F= v u l v e r m o g e n
L
eff
= effectieve levering bij 80% max. druk
p= m a x . d r u k
V = ketelgrootte
a = aantal luc htuitlaten
z = aantal ci linders
n
0
= m ax. toerental
P
1
= nominaal vermogen
U = aansluitspanning
I = nominale stroom
F = min . beveiliging
IP = beschermingsklasse
G = maxima le totale lengte en diameter van
de verlengsnoeren
A= a f m e t i n g e n ( l x b x h )
T
max
= m ax. opslag-/bedrijfstemperatuur *
T
min
= min. opslag-/bedrijfstemperatuur **
m= g e w i c h t
* = De levensduur van enkele componenten zoals
bijv. de afdichting in de terugslagklep wo rdt
duidelijk verminderd, als de compress or bij hoge
temperaturen (max. opslag-/bedrijfstemperatuur
en hoger) wordt gebruikt.
** = Bij temperaturen onder de min. opsl ag-/
bedrijfstemperatuur bestaat vorstgevaar voor het
condensaat en druk reservoir.
De vermelde technische gegevens zijn
tolerantiewaarden (overeen komstig de
betreffende geldige norm).
Emissiewaarden
Deze waarden maken een beoorde ling van
de emissie van het gereedschap en een
vergelijking van de verschill ende gereedschapp en
mogelijk. Afhankelij k van het gebruik, de toestand
van het gereedschap of het inzetgereedschap kan
de daadwerkelijke belast ing hoger of l ager
uitvallen. Neem voor de beoordeling pauzes en
fasen met een lagere belasting in aanmerking.
Bepaal op basis van de overeenkoms tig
aangepaste taxatiewaarden maatregelen ter
bescherming van de gebruiker , bijv.
organisator ische maat regelen.
Typische A-gekwalific eerd geluidsniveau
:
L
pA
= g eluidsdrukniveau
L
WA
= g eluidsvermogensniveau
L
WA(G)
= g egarandeerd geluidsvermogensniveau
conform 2000/14/EG
K
pA
, K
WA
= onzekerheid
Draag gehoorbescherming!
Gegevens op het typeplaatje:
A Fabrikant
B Artikel-, versie-, serienummer
C Apparaatbe naming
D Aansluits panning/frequentie
E Nominaal opge nomen vermogen
F Nominale st room/bescher mingsgraa d
G Max. toerental
H Max. druk
I CE-markeri ng - Dit apparaat voldoet aan de
EU-richtlij nen overeenkomstig de
conformitei tsverklari ng
J Bouwjaar
K Zuigkracht
L Vulvermogen
M Toerental condensator
N Aantal cilin ders
O Ketelgrootte
P Afvalsymbool (zie hoofdstuk 10.)
9. Reparatie
10. Milieubescherming
11. Problemen en storingen
12. Technische gegevens
1~ 230 V 50 Hz
P 1,50 kW S 3
I = 6,0 A IP 20
01532XX0 9998812345
Basic 250-24 W OF
1
-1
2850 min
220 l/min
120 l/min
2850 min
1
24 l
-1
YYYY
8 bar / 11 6 ps i
B
C
D
E
F
G
H
A
K
L
M
N
O
P
I
J