43
Koken
Aanwijzingen:
❑ Voeg bij aardappels en groente weinig kookwater toe. Vitamines en mineralen blijven dan
behouden en de aankooktijd is korter.
❑ De gegevens zijn richtwaarden en kunnen variëren afhankelijk van de levensmiddelen en
het serviesgoed.
❑ Restwarmte benutten. Bij levensmiddelen met een lange bereidingstijd kunt u de
kookzones 5-10 minuten voor het einde van de bereidingstijd uitschakelen.
❑ Gebruik van de elektronische aankookautomaat is alleen zinvol bij gerechten die zonder
toezicht worden gekookt, bijv. aardappels, groente en rijst.
❑ Voor gerechten die meermaals aangebraden en/of gekeerd moeten worden, is de
elektronische aankookautomaat minder geschikt.
Kiezen van de pannen
Door de juiste pan te kiezen spaart u tijd
en energie.
❑ Optimale resultaten bereikt u alleen met
goede pannen.
❑ Gebruik alleen pannen met vlakke
bodems.
❑ Gebruik pannen die voldoende groot
zijn.
❑ De bodemdiameter van de pan dient
even groot te zijn als de diameter van de
kookzone, of iets groter.
❑ Doe bij het koken altijd het deksel op de
pan.
❑ Gebruik diepe pannen voor het koken
met veel vloeistof. Zo voorkomt u
overkoken.
❑ Maak de onderkant van de pan droog
voordat u de pan op de kookzone
plaatst.
Zonder aankoken
Smelten
Opwarmen
Braden
Met automatische
aankookfunctie
Stomen
Koken
Stoven
Voorbeelden
chocolade, couverture
boter
gelatine
groente (blik)
eenpansgerechten
pannenkoeken (flensjes)
vissticks
schnitzel
Voorbeelden
vis
rijst
in de schil gekookte
aardappels
geschilde aardappels
verse groente
stoofvlees
rollade
Kookstand
|•– }
•
}
}
}•– ~
•
}•– ~
•
Ç•– :
•
Ç•– :
•
Ç•– :
•
Kookstand
Å•– Ç
•
|
•
– ~
•
Ä•– Å
•
Ä•– Å
•
}
•
– ~
••
Ä•– Å
•
Ä
•
– Å
•
Opmerking
af en toe
roeren
5 – 6
continu
braden
Indicatieu
fe
Ü
j
Ü
Ü
Kooktabel