6
VEILIGHEID
98
VEILIGHEIDSGORDELS
Veiligheidsgordels vóór
De veiligheidsgordels vóór zijn voorzien
van een pyrotechnische gordelspanner
en een gordelkrachtbegrenzer.
Deze systemen zorgen voor extra be-
scherming van de bestuurder en pas-
sagier in het geval van een frontale
aanrijding. Bij een krachtige aanrijding
zorgen de pyrotechnische gordelspan-
ners ervoor dat de veiligheidsgordels
stevig tegen de lichamen van de inzit-
tenden worden getrokken.
De pyrotechnische gordelspanners zijn
actief zodra het contact wordt aangezet.
De gordelkrachtbegrenzer beperkt de
kracht waarmee de gordel tegen het
lichaam van de inzittenden getrokken
wordt.
Bij de 5-deurs uitvoering zijn de vei-
ligheidsgordels vóór voorzien van een
geleider die ervoor zorgt dat de veilig-
heidsriem optimaal aansluit.
Hoogteverstelling
Verklikkerlampje veiligheidsgordel
Omdoen
Trek aan de gordel en steek de gesp
in de gordelsluiting.
Knijp de knop A in en schuif deze
omlaag om het bevestigingspunt
lager te plaatsen.
Schuif de knop A omhoog om het
bevestigingspunt hoger te plaatsen.
Als het contact wordt aangezet,
gaat dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel branden om
aan te geven dat de bestuurder*
en/of voorpassagier zijn gordel nog
niet heeft vastgemaakt.
Als de wagensnelheid hoger is dan 20 km/h,
knippert gedurende 2 minuten het verklikker-
lampje in combinatie met een steeds sterker
worden geluidssignaal. Na deze 2 minuten
blijft het verklikkerlampje branden zolang de
bestuurder* en/of voorpassagier zijn veilig-
heidsgordel niet heeft vastgemaakt.
* Volgens land van bestemming.
Losmaken
Druk op de rode knop van de gordel-
sluiting.