[49]
Geavanceerde functies
Opnamemodus
BEELDFORMAAT
In de modus STILL IMAGE kunt u het formaat voor een afbeelding selecteren.
Een grote afbeelding neemt meer geheugenruimte in beslag, zodat een groter afbeeldingsformaat
het totale aantal opnames beperkt dat u kunt opslaan op een geheugenkaart.
Hieronder worden de afbeeldingsformaten aangegeven.
Het afbeeldingsformaat selecteren
1. Zet de camera aan.
2. Selecteer de modus STILL IMAGE door aan de keuzeschijf
voor modusselectie te draaien.
3. Schakel het LCD-scherm niet uit.
4. Druk op de knop MENU om het menu weer te geven op het
LCD-scherm.
5.
Druk op de knop OMHOOG ( ) of OMLAAG ( ) en selecteer
[IMAGE SIZE].
6. Druk op de knop RECHTS ( ) om het submenu weer te
geven.
7. Druk op de knop OMHOOG ( ) oof OMLAAG ( ) en
selecteer [L] of [S].
8. Druk op de knop OK om de instelling te bevestigen.
De standaardwaarde is [1600x1200 (L)].
9. Druk op de knop MENU om de menuweergave te annuleren.
1600X1200 800X600
Modus STILL IMAGE
STILL IMAGE 1/2
IMAGE SIZE
QUALITY
EXPOSURE 0.0
WHITE BALANCE AUTO
EXIT:MENU CHANGE:
Modus STILL IMAGE
STILL IMAGE 1/2
IMAGE SIZE
1600X1200
800X600
BACK:
SET:OK
