a
Í
a
nnenste en buitenste
ÕüÔ]+
Æ >
s
³¤ ¤
È
¡ Î
s
a
a
ʋ
ʋ
Display en instellingen
ʑ
Display (statusindicaties)
¡
(Pluizenfilter)
Pluizenfilter reinigen a blz. 4/12.
È
(Condenswater-
reservoir)
Condenswaterreservoir legen a blz. 4,8/12.
SELF CLEANING
Automatische reiniging van de warmtewisselaar a blz. 8.
ÕüÔ]+-Æ->
(Programma-
voortgang)
Op het display wordt de voortgang van het programma weergegeven:
Õ Drogen;
Ô] Strijkdroog;
+Kastdroog;
- Æ- Programmapauze aindien nodig;
>Programma-einde.
s(Kinderslot)
U kunt de droger tegen het per ongelijk wijzigen van ingestelde functies
beveiligen. Voor het Activeren/Deactiveren van
s(Kinderslot), Programma
starten en aansluitend de toets Start/Pauze 5 seconden lang ingedrukt
houden, totdat een akoestisch signaal klinkt. Het symbool voor de
geactiveerde/gedeactiveerde optie a
s(Kinderslot) verschijnt/dooft.
[h:min]
(Resterende tijd)
Bij selectie van een programma wordt de verwachte droogtijd (resterende tijd)
voor de maximale belading weergegeven. Tijdens het drogen herkennen
de vochtigheidssensoren de daadwerkelijke belading en corrigeren de
programmaduur. Dit wordt door aanpassing van de Resterende tijd in het
display zichtbaar.
ʑ
Instellingen (indicatielampjes en toetsen)
(Droogtijd)
De droogtijd, welke uitsluitend voor tijdprogramma's beschikbaar is, kan van
20 minuten tot maximaal 3 uur in stappen van 10 minuten worden ingesteld.
(Aanpassing
droogtegraad)
Het droogresultaat (bijv. Kastdroog) kan in drie stappen verhoogd worden.
De was wordt droger. standaardinstelling = 0. Beschikbare waarden: 0, 1, 2, 3.
De instelling blijft na de fijninstelling van een programma voor de andere
programma's bewaard, tot
(Aanpassing droogtegraad) opnieuw wordt
gewijzigd.
³¤- ¤
(Klaar in)
Het programma-einde kan door kiezen van de (Klaar in) tijd worden
ingesteld. De (Klaar in) tijd kan in stappen van 1 uur, tot max. 24h, vertraagd
worden. Toets (Klaar in) net zo vaak kiezen, tot het gewenste aantal uren
wordt weergegeven (h=uur). Toets Start/Pauze kiezen om het programma
met vertraging te starten. Het programma eindigt na het gekozen aantal uren.
Enkele minuten na het instellen van de (Klaar in) tijd dooft het display, om
energie te besparen. Om te deactiveren op het display een willekeurige toets
kiezen, de deur openen/sluiten of de programmakiezer draaien.
Voorzichtig
Verlaagde temperatuur voor gevoelig textiel, bijv. polyacryl, polyamide of
elastaan, bij een langere droogtijd.
Î
Antikreuk
De trommel beweegt zich na het programma-einde met regelmatige intervallen,
om kreuk te vermijden. Het wasgoed blijft los en luchtig.
De standaardinstelling voor elk programma is 60 minuten. De automatische
De anti-kreuk functie kan met 60 minuten worden verlengd.
üü
Signaal
Voor het in- en uitschakelen van het signaal. Na het einde van het programma
klinkt het
üSignaal, wanneer het geactiveerd is. Deze optie heeft geen invloed
op de andere tonen.
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
Wasinstructies ...
Aanduiding van textiel
Houd de instructies van de fabrikant aan!
h Geschikt voor droogautomaat.
( Drogen met normale temperatuur.
'cDrogen met lage temperatuur a extra
Voorzichtig kiezen.
) Niet in de wasdroger drogen.
Het volgende textiel niet in de droogautomaat drogen:
– Luchtdicht textiel (bijv. met rubber coating).
– Gevoelig weefsel (zijde, synthetische gordijnen) a kreukelvorming!
– Met olie verontreinigd wasgoed.
Tips voor het drogen
– Voor een gelijkmatig droogresultaat, was sorteren op soort weefsel en droogprogramma.
– Zeer klein textiel (bijv. babysokjes) altijd samen met groot textiel (bijv. handdoeken) drogen.
– Ritssluitingen, haken en ogen sluiten, overtrekken dichtknopen.
Stoffen riemen, schortbanden etc. samenbinden, eventueel in een waszak doen.
– Kreukherstellend wasgoed niet te lang drogen a kans om meer kreuk.
Wasgoed aan de lucht laten drogen.
– Wol kan niet in de droogautomaat worden gedroogd. Wol kan echter opgefrist worden a blz. 7, Programma Wol finish
(afhankelijk van model).
– Was na het drogen niet direct strijken, enkele tijd laten liggen a het restvocht wordt dan gelijkmatig verdeeld.
– Geweven textiel (bijv. T-shirts, tricot) krimpt vaak bij de eerste keer drogen. a Programma Kastdroog extra niet
gebruiken.
– Gesteven was is slechts beperkt geschikt voor de droogautomaat a Stijfsel laat een aanslag achter, die invloed heeft op
het drogen.
– Wasverzachter bij het wassen van het te drogen textiel volgens instructies van de fabrikant doseren.
– Voor voorgedroogd, meerlaags textiel, of losse stukken wasgoed het tijdprogramma gebruiken. Ook geschikt voor
nadrogen.
Milieubescherming / Besparingstips
– Voor het drogen het wasgoed in de wasmachine grondig centrifugeren a Hogere centrifugetoerentallen reduceren
de droogtijd en verminderen het energieverbruik.
– Maximaal aanbevolen vulgewicht gebruiken, maar niet overschrijden a Programma-overzicht, blz. 7.
– Tijdens het drogen de ruimte goed beluchten.
– Pluizenfilter na elke droogcyclus reinigen a Pluizenfilter reinigen, blz. 4/12.
– Luchtinlaat op de droger mag niet geblokkeerd zijn.
a
Geselecteerde optie geactiveerd/gedeactiveerd aIndicatielamp aan/uit.
Raadpleeg de afzonderlijke handleidingen over de Energiespaarmodus.
Waar u absoluut op moet letten ...
Uw droogautomaat is bijzonder energiebesparend en kenmerkt zich technisch door een koelcircuit, dat, net zoals bij een
koelkast, energie efficiënt gebruikt. De warmtewisselaar van de droogautomaat wordt bij het drogen automatisch gereinigd.
Pluizenfilter en filter in het condenswaterreservoir moeten regelmatig gereinigd worden.
De droger nooit gebruiken zonder de pluizenfilters en zonder filter in het condenswaterreservoir!
Pluizenfilter
Bij het drogen worden pluizen en haren uit het wasgoed opgevangen in het pluizenfilter. Een verstopt pluizenfilter kan de
warmtewisseling reduceren.
Daarom het pluizenfilter absoluut na elke keer drogen reinigen. Regelmatig onder stromend water afspoelen a blz. 4/12.
Filter in condenswaterreservoir
Het filter in het condenswaterreservoir reinigt het condenswater. Dit condenswater is nodig voor de automatische reiniging.
Het filter moet regelmatig onder stromend water gereinigd worden. Legen van het condenswaterreservoir is nodig voor het
reinigen van het filter a blz. 4,8/12.
Textiel
Geen textiel drogen wanneer dit met oplosmiddel, olie, was, vet of verf in aanraking is geweest: bijv. haarversteviger, nagellak-
remover, vlekkenverwijderaar, wasbenzine etc.
Leeg de zakken van het wasgoed.
Droog geen luchtdicht textiel.
Sterk pluizende was vermijden.
Wol uitsluitend in het wolprogramma opfrissen.
`