35
NEDERLANDS
NL NL
3. Monteer de schroeven. Haal ze goed aan.
4. Monteer het stuur op de stuurboog met behulp
van schroeven, plaatjes en vergrendelknop-
pen. Door de vergrendelknoppen enigszins los
te draaien, kan het stuur naar voren worden
geklapt. De maaier neemt dan, bijv.. bij het ver-
voeren, minder ruimte in beslag.
5. Fixeer de elektrische kabel met behulp van een
strop.
GRASVANGBAK (fig. 11)
Grasvangzak uit textiel: Druk de stoffen zak op
het stalen frame en klik vervolgens de zak vast op
het kunststof deksel.
Grasvangzak uit plastic: Klik de beide helften in
elkaar en daarna het bovengedeelte.
Open het luik van de machine en haat de gras-
vangbak vast in het chassis.
N.B.! De gazonmaaier kan gebruik worden zonder
grasvangbak. In dat geval beland het gras in een
baan achter de machine.
GEBRUIK VAN DE MACHINE
MAAIHOOGTE (fig. 12)
Afhankelijk van het model kan de maaihoogte wor-
den aangepast door:
I. De wielen in een van de vier standen vast te
schroeven.
II. De hoogte-instelhendel in de gewenste positie
te zetten.
N.B.! Alle wielen moeten ingesteld worden op
dezelfde maaihoogte.
AANSLUITING (fig. 13)
Gebruik uitsluitend een verlengsnoer dat goedge-
keurd is voor gebruik buitenshuis. Raadpleeg bij
twijfel uw dealer.
Om veiligheidsredenen moet de gazonmaaier aan-
gesloten worden op een beveiliging tegen aardslui-
ting.
Ontlast het verlengsnoer in de kabelontlaster op
het stuur.
STARTEN/STOPPEN (fig. 14)
Start de gazonmaaier op een vlakke en stevige
bodem. Start nooit in hoog gras. Druk het stuur
omlaag zodat de voorwielen iets van de grond
komen om de weerstand te verminderen.
Motor starten:
1. Druk de knop in.
2. Trek het handvat naar het stuur toe.
Motor stoppen: Laat het handvat los.
MAAIEN (fig. 15)
Maai altijd van het snoer weg.
Maak de grasvangbak op tijd leeg zodat de uit-
werpopening niet verstopt raakt en het opvang-
vermogen niet verslechtert.
Om te voorkomen dat de motor overbelast raakt,
mag u de gazon-maaier niet te snel voortduwen in
hoog gras.
ONDERHOUD
MES VERVANGEN (fig. 16)
Trek altijd de stekker uit het stopcon-
tact voor u onderhoud, service e.d. uit-
voert aan de machine, of ze schoon-
maakt.
Draag altijd veiligheidshand-schoenen. Maak de
messenbout los met behulp van een 26 mm sleu-
tel.
Monteer het nieuwe mes. Aanhaal-koppel 15 Nm.
Gebruik altijd originele reserve-onderdelen.
SCHOONMAKEN/OPBERGEN (fig. 17)
Maak na elk gebruik de maaier schoon met een
borstel of een doek. De koelluchtinlaat rond het
motor-deksel moet schoon gehouden worden,
zodat er geen gras en vuil ophoopt waardoor de
motor overver-hit kan raken.
De onderkant van het chassis kan schoonge-
schraapt worden. Het mag nooit schoongespoeld
worden met water. De maaier moet op een droge
plaats opgeborgen worden.