11
Het toestel mag reglementair enkel in
gesloten verwarmingssystemen con-
form EN 12828 rekening houdende met
de bijbehorende montage-, service- en
bedieningsaanwijzingen worden geïn-
stalleerd en bediend. Het is uitsluitend
voor de verwarming van verwarmings-
water in tapwaterkwaliteit voorzien met
hardheid < 165 °d.
Het reglementaire gebruik bepaalt dat
een vaste installatie in combinatie met
installatiespecifiek toegelaten compo-
nenten werd uitgevoerd.
Het commercieel of industrieel gebruik
voor een ander doeleinde als voor ver-
warming van het gebouw of tapwaterop-
warming geldt als niet reglementair.
Afwijkend gebruik moet door de fabrikant
worden vrijgegeven.
Foutief gebruik van het toestel resp.
ondeskundige bediening (bijv. door het
openen van het toestel door de installa-
tie-exploitant) is verboden en leidt tot het
wegvallen van de aansprakelijkheid.
Foutief gebruik is er ook als componen-
ten van het verwarmingssysteem in hun
reglementaire functie worden gewijzigd
(bijv. door het sluiten van de rookgas- en
toevoerluchtwegen).
Aanwijzing
Het toestel is uitsluitend voor huishou-
delijk gebruik bestemd, d.w.z. ook niet-
geïnstrueerde personen kunnen het toe-
stel veilig bedienen.
Toestelbeschrijving
Hybride warmtepompen bestaan uit een
condenserende HR-module en een
warmtepompmodule.
■ De warmtepompmodule gebruikt de
omgevingslucht voor de warmteop-
wekking. Daarvoor is buiten uw
gebouw de buitenunit geïnstalleerd.
■ De condenserende HR-module
gebruikt gas voor de warmteopwek-
king. De gasbrander is in de binnen-
unit van de hybride warmtepomp inge-
bouwd.
Alle functies worden door de warmte-
pompregeling Vitotronic 200,
type WO1C geregeld.
Eerst informeren
Reglementair gebruik
5459 271 B/fl