116
2. Installatie
2.1 Uitpakken en positionering
1. Pak het apparaat zorgvuldig uit. De transport-beveiliging volledig verwijderen.
Wees erg voorzichtig en gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen
om resten van de transport-beveiliging te verwijderen.
2. De sproeiarmen kunnen zijn uitgerust met een transportbescherming.
Verwijder de transportbescherming voordat u het apparaat installeert.
3. Installeer het apparaat in een droog en goed geventileerde plaats.
4. Installeer het apparaat op een vlakke, droge en stevige vloer. Controleer de
correcte installatie met een waterpas.
5. Sluit het apparaat goed aan op het stroomnet.
6. Het typeplaatje is in het apparaat of op de achterkant.
2.2 Watertoevoer/afvoer installatie
1. De watertoevoer en afvoer installatie moet door een erkend vakman worden
uitgevoerd.
2. Gebruik alleen gloednieuwe slangen en connectoren.
3. Wij raden aan om de watertoevoer met een tegendrukklep te beveiligen.
2.3 Installatie
1. Voor de installatie
Installatie van de condensatiestrip.
(afhankelijk van het model)
1. U moet de condensatiestrip installeren om de onderzijde van het aanrechtblad te
beschermen tegen de waterdamp dat wordt vrijgegeven door het apparaat. De
condensatiestrip buigt de waterdamp af van het aanrechtblad.
2. U vindt de condensatiestrip aan de binnenkant van uw apparaat.
3. Reinig de onderkant van het aanrechtblad goed voordat u de condensatiestrip
gaat installeren.
4. Verwijder de beschermfolie van het zelfklevende oppervlak van de
condensatiestrip.
5. Plak de condensatiestrip aan de onderzijde van het aanrechtblad.
6. Onjuiste installatie van de condensatiestrip kan schade aan het aanrechtblad
veroorzaken.