Installatie en instellingen
WorkCentre 6505 multifunctionele kleurenlaserprinter
Gebruikershandleiding
33
3. Bevestig het netsnoer en steek de stekker in het stopcontact. Zet de printer aan. Zie Netsnoer op
pagina 11 voor meer informatie over de veiligheid van de printer.
4. U kunt het IP-adres van de printer instellen of automatisch over het netwerk laten herkennen. Zie
Het IP-adres van de printer toewijzen op pagina 34 voor meer informatie.
Aansluiten met een USB-kabel
Voor het gebruik van USB hebt u Windows Server 2003 of hoger of Windows XP SP1 of hoger nodig.
Macintosh-gebruikers moeten over Mac OS X versie 10.5 of hoger beschikken.
De printer op de computer aansluiten met een USB-kabel:
1. Zorg dat de printer uitstaat.
2. Sluit een uiteinde van een standaard A/B USB 2.0-kabel aan op de USB-poort van de printer.
3. Sluit het netsnoer aan op de printer en steek de stekker in het stopcontact. Zet de printer aan.
Zie Netsnoer op pagina 11 voor meer informatie over de veiligheid van de printer.
4. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van de computer.
5. Wanneer het venster Wizard Nieuwe hardware verschijnt annuleert u dit venster.
6. U bent klaar om de printerstuurprogramma's te installeren. Zie De software installeren op
pagina 40 voor meer informatie.
Aansluiten op een telefoonlijn
De printer aansluiten op een telefoonlijn:
1. Zorg dat de printer uitstaat.
2. Sluit een standaard RJ11-kabel nr. 26 AWG (American Wire Gauge) of groter aan op de faxpoort
aan de achterkant van de printer.
3. Sluit het andere uiteinde van de RJ11-kabel op een werkende telefoonlijn aan.
4. Schakel de faxfuncties in en configureer ze. Zie Standaardinstellingen voor faxen wijzigen op
pagina 148 voor meer informatie.