STAP-VOOR-STAP- GEBRUIK
BELANGRIJK! De amplitude kan om het even wanneer tijdens
de stimulatie verminderd worden met behulp van de knoppen.
Als u ongemak of pijn voelt, moet u de amplitude onmiddellijk
verminderen. U kunt altijd gebruikmaken van de om een
stimulatie die bezig is, af te breken.
1. Koppel twee elektroden aan een kabel en de kabel aan een
van de kanalen op de stimulator.
2. Was het lichaamsdeel dat gestimuleerd moet worden en
droog het goed af.
3. Zet de elektroden vast op het lichaam. Plaats een
elektrodepaar dat gestuurd wordt door dezelfde
amplitudeknoppen op spieren die ongeveer even groot zijn.
4. Zet de stimulator aan met .
5. Kies welk lichaamsdeel u wilt stimuleren met . U
kunt kiezen tussen boven- en onderlichaam. Het gekozen
lichaamsdeel verschijnt op de display.
6. Kies het programmatype door te drukken op tot het
gewenste programmatype (Sport, Fitness of Wellness) op de
display verschijnt.
7. Kies een programma met P tot het symbool en het cijfer voor
het gewenste programma op de display verschijnt.
8. Start de stimulatie door de gewenste amplitude in te stellen
voor het resp. kanaal met behulp van en .
9. Als het programma klaar is, zakt de amplitude automatisch
naar 0.
10. U kunt de stimulatie altijd afbreken door op de te
drukken.
U kunt het programma pauzeren tijdens de stimulatie. Druk
op P. verschijnt op de display. Druk weer op P als u de
stimulatie wilt hervatten. Het programma begint opnieuw
waar het gestopt is. Als de stimulator langer dan 5 minuten in
pauzestand heeft gestaan, valt de stimulator uit om de batterij
te sparen.
Verschillende programma’s werken met intermitterende
stimulatie, d.w.z. stimulatie in intervallen van stimulatie en
rust. Een aantal van die programma’s bieden actieve rust aan,
d.w.z. stimulatie tijdens de rust. Wanneer het programma
voor de eerste keer overgaat naar actieve rust daalt het
amplitudeniveau met 50%. Stel het amplitudeniveau zo in dat
er spiertrillingen ontstaan. U kunt de amplitude verhogen of
verlagen wanneer u maar wilt tijdens de rust. De programma’s
wisselen automatisch af tussen stimulatie en rust. De
amplitude-indicator knippert tijdens de rust.
10 seconden nadat u de stroomsterkte hebt ingesteld, treedt
de toetsenvergrendeling in werking, zodat de instellingen niet
ongewild gewijzigd kunnen worden. verschijnt op het
display. Zet de toetsenvergrendeling uit door te drukken op .
TIP!
Als u vier elektroden tegelijkertijd gebruikt, raden wij aan een kanaal
aan elke kant van de stimulator (links-rechts) te gebruiken. Hierdoor
wordt de stimulatie zo sterk mogelijk en kan het vermogen van elk
paar elektroden individueel worden afgesteld.
78