54 55
3
Geavanceerde technieken
Fotofuncties stilstaande beelden fotograferen
f Repeterende opnamen
Zet de cameraschakelaar in de stand “q” (fotogra-
feren).
1 Houd de knop “f” (repeterende opnamen) inge-
drukt.
2 Selecteer de gewenste functie voor repeterende
opnamen door verdraaien van de commandoknop.
3 Bevestig de door u gemaakte instelling door de
knop “
f” (repeterende opnamen) los te laten.
Bij het instellen van de functie repeterende opnamen
wordt de geselecteerde functie aangegeven in de
monitor, behalve OFF (uit).
f: Eerste vier beelden van de opnamenreeks.
j: Automatische proefbelichting.
k: Laatste vier beelden van de opnamenreeks.
h: Lange reeksen repeterende opnamen.
1
2
3
◆ Kanttekeningen bij het gebruik van de functies voor repeterende opnamen ◆
• De camera blijft achter elkaar door fotograferen zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Maar in de stand auto-
matische proefbelichting hoeft u de ontspanknop maar één keer in te drukken om 3 (drie) opnamen te maken.
• Is op het kaartje onvoldoende ruimte beschikbaar om de beelden op op te slaan, dan worden er net zo veel beelden
gefotografeerd als in de beschikbare geheugenruimte passen. Is er bij een automatische proefbelichting onvoldoende
ruimte op het kaartje om 3 (drie) beelden op te slaan, dan worden geen opnamen gemaakt.
• De scherpstelling wordt ingesteld aan de hand van het eerste beeld en kunt u tussentijds niet wijzigen (met uitzon
-
dering van lange reeksen repeterende opnamen).
• De belichting wordt ingesteld aan de hand van de eerste opname, maar bij de functie lange reeksen repeterende
opnamen wordt de belichting van elk beeld afzonderlijk ingesteld.
• De snelheid waarmee de repeterende opnamen worden gefotografeerd,is afhankelijk van de sluitertijd.
• De snelheid waarmee de repeterende opnamen worden gefotografeerd, verandert niet met de ingestelde beeldkwa
-
liteit.
• De flitser kunt u niet gebruiken, omdat deze uitgeschakeld wordt.
• Bij de functies eerste vier beelden van de opnamenreeks, laatste vier beelden van de opnamenreeks en automatische
proefbelichting verschijnen de beelden na de opname altijd in de monitor.
f Eerste vier beelden van de opnamenreeks
Beschikbaar bij de fotofuncties: B, , , m, ,, /, P, S, A, M
j Automatische proefbelichting
Met deze functie fotografeert u reeksen van 4 (vier)
beelden met een snelheid van 1,5 beelden per secon
-
de. Terwijl u de beelden fotografeert, verschijnen de
gefotografeerde beelden in de monitor en worden
opgeslagen.
! De functie eerste vier beelden van de opnamenreeks kunt u
niet in combinatie met de functie “
r” (video) gebruiken.
! De tijd die nodig is om de beelden op een xD-Picture Card
op te slaan bedraagt circa 15 seconden.
Beschikbaar bij de fotofuncties: P, S, A, M
Met deze functie fotografeert u hetzelfde beeld met
verschillende belichtingsinstellingen. Bij een automa
-
tische proefbelichting fotografeert u een reeks van
3 (drie) beelden met vooringestelde belichtingsafwij
-
kingen.
Van de opnamen is er één goed belicht (A). Opname
(B) is overbelicht en opname (C) is onderbelicht.
• Automatisch belichtingsbereik (3)
± 1/3 EV; ± 2/3 EV; ± 1 EV.
! Vallen het onderbelichte en het overbelichte beeld buiten het
regelbereik van de camera, dan worden de opnamen niet
met de gespecificeerde belichtingsstappen gemaakt.
! Het maken van een automatische proefbelichting is niet
mogelijk in combinatie met de fotofuncties “
B”, “ ”,
“ ”, “
m”, “,”, “/” of “r”.
Wijzigen van de instellingen (belichtingsbereik)
Open het menu door op de “MENU/OK”-knop te
drukken en wijzig de instelling in het instelmenu “ ”
BRACKETING” (zie blz. 70).
Met deze functie ontspant de sluiter tot maximaal 40
maal (met een snelheid van 1,5 beelden/s) en worden
de laatste 4 (vier) gefotografeerde beelden opgesla
-
gen. Laat u de ontspanknop los voordat er 40 beelden
gefotografeerd zijn, dan slaat de camera de laatste 4
(vier) van de gefotografeerde beelden op voordat u de
ontspanknop losliet.
Is er onvoldoende geheugenruimte op het kaartje,
dan slaat de camera zoveel van de gefotografeerde
beelden op voordat u de ontspanknop losliet als op
het kaartje passen.
! Met de camera ingesteld op “r” (video) kunt u de functie
laatste vier beelden van de repeterende opnamen niet
gebruiken.
! Gebruikt u de functie laatste vier beelden van de repeterende
opnamen samen met de zelfontspanner, dan wordt maar 1
(één) beeld gefotografeerd.
k Laatste vier beelden van de opnamenreeks
Beschikbaar bij de fotofuncties: B, , , m, ,, /, P, S, A, M
Maximaal 40 opnamen
Druk de
ontspanknop in
Laat de
ontspanknop los
4 beelden