SH1
In de bijlage vindt u de opbouw van de menustructuur (pagina 24).
Noodzakelijke programmeringen
Om de mogelijkheden van de computer vanaf het begin te gebruiken, voer dan voordat u verder
traint volgende programmeringen en instellingen uit:
• Persoonsgegevens van de personen, dat het apparaat zal gebruiken. De programmeringen
zijn voor het berekenen van polsslag- en belastinggrenzen, fitnesstests, trainingsadviezen
(coaching) en Body-Mass-Index (B.M.I.) nodig. Bovendien worden trainingsgegevens persoons-
geboden opgeslagen. Het menupunt is onder hoofdmenu > personen te vinden.
• Datum en tijd. Controleer a.u.b. of deze kloppen. De trainingseenheden worden met datum en
tijd opgeslagen en dienen actueel te zijn. Het menupunt is onder hoofdmenu > instellingen te
vinden.
Hoofdmenu > personen
In dit menu vindt u de registratie welk persoon en daarmee verbonden gegevens en instellingen
voor de komende training gelden en welk persoon bij het opnieuw inschakelen van het apparaat
opgeroepen wordt.
Bijvoorbeeld:
Persoon “gast” is met het witte kader als actief gemarkeerd voor de volgende training.
“Persoon 1” is met een haakje [√] als standaard gemarkeert en dient na het volgende inschake-
len van het apparaat opgeroepen te worden.
Deze instelling blijft tot de volgende wijziging geldig.
Aanwijzing:
“Terug” indrukken, u gaat naar het hoofdmenu.
“ENTER” indrukken bij een actieve witgemarkeerde persoon, opent het betreffende submenu.
“Training” indrukken, u gaat naar het standaard trainingsprogramma van deze persoon.
“Standaard” indrukken, bij het volgende inschakelen van het apparaat wordt de witgemar-
keerde persoon opgeroepen.
De persoon “gast” heeft geen geheugen. Programmeringen en instelling gelden tot het opnieuw
inschakelen.
Met een USB stick kan een extra persoon gecreëerd worden: hier “Rainer”. Daarvoor dient
onder hoofdmenu > personen > USB I naam van de stick I de instelling te gebeuren.
Personen > persoon kiezen
“ENTER” indrukken bij een gemarkeerde persoon opent het submenu “persoon 1”.
Aanwijzing:
7
NL