40 Airbagsysteem
ATTENTIE (vervolg)
●Nooit rijden met uitgebouwde binnenpanelen van de portieren of niet
correct afgestelde panelen.
●Nooit rijden wanneer de luidsprekers in de portierpanelen uitge-
bouwd zijn, behalve wanneer de openingen van de luidspreker correct af-
gedekt zijn.
●Altijd controleren dat de openingen bedekt of afgesloten zijn wanneer
extra luidsprekers of een andere uitrusting geïnstalleerd worden in de
binnenpanelen van het portier.
●Alle werkzaamheden aan de portieren moet uitgevoerd worden in een
erkende gespecialiseerde werkplaats.
●De maximale beschermende werking van de veiligheidsgordels en het
airbagsysteem wordt alleen bij een correcte zitpositie bereikt ⇒ pagina
10, Juiste zithouding van de inzittenden.
●Als er een storing in het airbagsysteem is, moet het systeem direct
door een gespecialiseerde werkplaats worden gecontroleerd. Anders be-
staat het gevaar dat de airbags bij een botsing van opzij helemaal niet
resp. niet optimaal worden geactiveerd.
Werking van de zijairbags
De kans op letsel aan hoofd en bovenlichaam kan bij veel
aanrijdingen van opzij worden verkleind doordat de airbags
worden geactiveerd.
Afbeelding 22 Volledig
geactiveerde zijairbag
aan de linkerwagenzijde
Bij sommige botsingen van opzij wordt de zijairbag aan de zijde van de bot-
sing geactiveerd ⇒ Afbeelding 22.
Afhankelijk van het ongeval kunnen zowel de front- als ook de hoofd- en zij-
airbags gelijktijdig worden geactiveerd.
Als het systeem wordt geactiveerd, wordt de luchtzak met drijfgas gevuld.
De airbag wordt in een fractie van een seconde en met hoge snelheid opge-
blazen om bij een ongeval extra bescherming te kunnen bieden. Als de air-
bags worden ontvouwen, kan fijn stof ontstaan. Dit is normaal en geen te-
ken van brand in de wagen.
Als de volledig opgeblazen luchtzak de inzittenden treffen, wordt de bewe-
ging van de inzittenden op de stoelen voorin en op de buitenste zitplaatsen
achter gedempt en het risico op letsel aan het bovenlichaam gereduceerd.