||
ONDERHOUD EN SERVICE
372
BELANGRIJK
Vul bij het verschijnen van de melding
Oliepeil laag 0,5 liter bijvullen slechts
0,5 liter bij.
N.B.
Het systeem detecteert het oliepeil alleen tij-
dens het rijden. Na het bijvullen of aftappen
van olie duurt het even voordat het systeem
wijzigingen in het oliepeil kan waarnemen. De
auto dient ca. 30 km te rijden, voordat het
weergegeven oliepeil correct is.
WAARSCHUWING
Vul niet meer olie bij, als niveau (3) of (4) ver-
schijnt zoals aangegeven op de afbeelding.
De olie mag nooit boven MAX of onder MIN
staan om motorschade tegen te gaan.
WAARSCHUWING
Mors geen olie op de hete uitlaatspruitstuk-
ken, aangezien er dan brand kan ontstaat.
Oliepeil meten, 5-cil. diesel
Houd voor controle van het oliepeil de onder-
staande procedure aan.
1.
Activeer contactslotstand II, zie contactslot-
standen - functies in verschillende standen
(p. 84).
2. Draai het duimwiel op de linker stuurhendel
naar stand
Oliepeil.
> Vervolgens verschijnt informatie over het
motoroliepeil, zie de onderstaande afbeel-
ding voor de melding en grafische voor-
stelling op het display. Het linker display
verschijnt op een digitaal instrumentenpa-
neel en het rechter op een analoog.
Voor meer informatie over de menufunc-
ties, zie Menufuncties - instrumentenpa-
neel (p. 115).
De cijfers 1–4 geven het niveau aan. Vul niet meer olie
bij, als niveau (3) of (4) staat aangegeven. Het aanbevo-
len niveau is 4.
Gerelateerde informatie
•
Motorolie - algemeen (p. 369)