FISSLER BLUE-POINT
60
Let er bij een gesloten snelkookpan op dat u zich
altijd aan de aangegeven vulhoeveelheden houdt.
De maataanduiding in de pan helpt u bij het toe-
voegen van vloeistof.
z. afbeelding H
Maximale vulhoeveelheid:
Het maximale vulvolume bij normale gerechten be-
draagt 2/3 van de inhoud van de pan (bovenste mar-
kering). Bij opzwellende of schuimende gerechten
(b.v. peulvruchten, rijst, pasta, bouillons of droge
groenten) mag het volume niet boven de onderste
streep komen. De pan is dan voor de helft gevuld.
Minimale vulhoeveelheid:
Let er a.u.b. op dat er bij het koken altijd minimaal
1
/
4
liter vloeistof (2 kopjes) in de pan moet zijn, met
of zonder inzet.
Koken zonder inzet
Bereiding van vlees
z. afbeelding I
1. Aanbraden onder toevoeging van vet:
– Snelkookpan voorverwarmen op middelste tot
hoogste stand.
– De „waterdruppelproef”* doen. Zodra de
fuiste braadtemperatuur bereikt is, vet toevoe-
gen.
– Het vlees op de bodem van de pan aanbraden,
hierbij de warmte zo nodig reduceren. De andere
ingrediënten dan zoals gewoonlijk toevoegen.
– Volgens het recept vloeistof erbij gieten, mini-
maal 2 kopjes, circa 1/4 Liter.
– De pan sluiten (z. hoofdstuk 7).
– De warmtebron op de hoogste energiestand
zetten.
2. Aanbraden zonder toevoeging van vet:
– Snelkookpan voorverwarmen op middelste tot
hoogste stand.
– Pas de „waterdruppelproef”* toe. Zodra de
fuiste braadtemperatuur bereikt is, het vlees in
de hete snelbraadpan of op de bodem van de pan
leggen en de warmte zo nodig reduceren.
– Wanneer het vlees op de bodem „vastplakt”,
niet met geweld losmaken. Het vlees laat na ca.
twee minuten vanzelf los.
Wanneer u vlees met vel (b.v. tong) of worst met vel
hebt gekookt, dat door de invloed van druk kan op-
zwellen, moet u het vel niet opensteken zolang dit ge-
zwollen is. U zou zich kunnen verbranden!
* Waterdruppelproef voor de juiste braadtempera-
tuur: op de bodem gesprenkelde waterdruppels
„parelen” zodra de juiste temperatuur is bereikt.
Attentie:
Doe altijd voldoende vocht in de pan voor de
stoomvorming en voorkom dat het vocht in de
snelkookpan volledig verdampt. De pan mag in
geen geval „droogkoken”, omdat er door over-
verhitting beschadigingen kunnen optreden aan
de pan (de bodem smelt of de veiligheidsvoor-
zieningen raken beschadigd) en aan de warmte-
bron. Ingeval van oververhitting mag de pan
nooit van de warmtebron worden getild. Schakel
de verwarming uit en laat de pan een tijdje staan
op de afkoelende warmtebron. Laat de pan con-
troleren door de Fissler klantenservice voordat
u deze opnieuw gebruikt.